RvdW 2011/78
Voldoende bewijs voor medeplegen opzettelijk aanwezig hebben hennepplantage.
HR 21-12-2010, ECLI:NL:HR:2010:BO1263
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 december 2010
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J.W. Ilsink, W.F. Groos
- Zaaknummer
08/04295
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
BO1263
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Strafprocesrecht (V)
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BO1263, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑12‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BO1263, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑10‑2010
- Wetingang
Srart. 47; Opiumwetart. 3 lid 1 onder C
Essentie
Medeplegen opzettelijk aanwezig hebben hennepplantage. Het Hof heeft vastgesteld dat verdachte aanwezig was tijdens de doorzoeking op een relatief afgelegen perceel dat door verdachte samen met zijn vriendin werd bewoond. Het perceel was afgezet met prikkeldraad en een afgesloten poort waarboven een schriklamp hing, het terrein was voorzien van een bord waarop het verbod als bedoeld in art. 461 Sr was aangegeven en op het terrein liepen twee grote honden los. Op een met verscheidene lagen prikkeldraad en laurierstruiken afgezet gedeelte van het perceel stond een schuur met een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.