Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake sociale zekerheid tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Chili
Artikel 24 Verificatie van aanvragen en betalingen
Geldend
Geldend vanaf 01-03-1997
- Bronpublicatie:
10-01-1996, Trb. 1996, 61 (uitgifte: 12-02-1996, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-03-1997
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-01-1997, Trb. 1997, 7 (uitgifte: 09-01-1997, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Verdragenrecht
Internationale sociale zekerheid / Algemeen
1.
Het bevoegd orgaan van de Verdragsluitende Staat waarbij een aanvraag voor een uitkering is ingediend gaat de juistheid na van de inlichtingen die betrekking hebben op de aanvrager en zijn gezinsleden en verstrekt deze bewijsstukken en ander materiaal aan het bevoegd orgaan van de andere Verdragsluitende Staat, zodat deze de aanvraag verder kan behandelen.
2.
Het eerste lid van dit artikel is van overeenkomstige toepassing wanneer het bevoegd orgaan van één van de Verdragsluitende Staten een verzoek indient bij het bevoegd orgaan van de andere Verdragsluitende Staat om een onderzoek in te stellen met als doel het vaststellen van de rechtmatigheid van betalingen die zijn verricht aan pensioengerechtigden die wonen of verblijven op het grondgebied van de respectieve Verdragsluitende Staten.
3.
De in het eerste en tweede lid van dit artikel bedoelde informatie omvat ook inlichtingen met betrekking tot inkomen, gezinssituatie en gezondheidstoestand.
4.
Wat betreft Chili zullen de in de vorige leden bedoelde inlichtingen verstrekt worden door het Instituut voor de Normalisatie van de sociale zekerheid. Niettemin zullen inlichtingen met betrekking tot de gezondheidstoestand van de aanvrager of zijn gezinsleden worden verstrekt door de bevoegde gezondheidsdienst.
5.
De bevoegde organen van de Verdragsluitende Staten kunnen zich rechtstreeks wenden tot elkaar en tot hun respectieve pensioengerechtigden of hun vertegenwoordigers.
6.
De diplomatieke en consulaire vertegenwoordigers en de bevoegde organen van de Verdragsluitende Staten kunnen de autoriteiten op het grondgebied van de andere Verdragsluitende Staat rechtstreeks om inlichtingen verzoeken, met als doel het recht op uitkering van en de rechtmatigheid van betalingen aan de respectieve pensioengerechtigden van de Verdragsluitende Staten vast te stellen.