NJ 2014/134
Mondelinge belediging door stotterend te praten tegen stotteraar.
HR 11-02-2014, ECLI:NL:HR:2014:306, m.nt. Redactionele aantekening
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
11 februari 2014
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, B.C. de Savornin Lohman, Y. Buruma
- Zaaknummer
12/02395
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Noot
Red. Aant.
- JCDI
JCDI:ADS161794:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:306, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 11‑02‑2014
ECLI:NL:PHR:2013:2322, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑11‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑08‑2012
- Wetingang
Essentie
Mondelinge belediging cfm art. 266 Sr door zelf niet stotterende verdachte, nu deze in aanwezigheid van derden luid en duidelijk stotterend een notoire stotteraar heeft aangesproken met het doel die ander te kwetsen.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 3 februari 2012, nummer 20/000612-11, in de strafzaak tegen: P. Adv. mr. C.M.H. van Vliet, te 's-Gravenhage.
Voorgaande uitspraak
Cassatiemiddel:
(zie 2.1.; red.)
Conclusie
Conclusie A-G mr. T.N.B.M. Spronken:
1.
Verdachte is bij arrest van 3 februari 2012 door het gerechtshof te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.