Einde inhoudsopgave
Burgerlijk Wetboek Boek 2
Artikel 276 [Streefcijfers man/vrouwverhoudingen]
Geldend
Geldend van 01-01-2022 tot 01-01-2030
- Redactionele toelichting
Dit artikel is opnieuw ingevoegd. Art. 276 (oud) vervallen. Lid 4 is van toepassing op boekjaren die zijn aangevangen op of na 01-01-2022.
- Bronpublicatie:
29-09-2021, Stb. 2021, 495 (uitgifte: 26-10-2021, kamerstukken: 35628)
- Inwerkingtreding
01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-11-2021, Stb. 2021, 537 (uitgifte: 08-11-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
Arbeidsrecht / Bijzondere onderwerpen arbeidsrecht
1.
2.
De vennootschap stelt passende en ambitieuze doelen in de vorm van een streefcijfer vast om de verhouding tussen het aantal mannen en vrouwen in het bestuur ende raad van commissarissen, alsmede bij nader door de vennootschap te bepalen categorieën werknemers in leidinggevende functies, evenwichtiger te maken. Indien het bestuur en de raad van commissarissen bestaan uitéén persoon, kan een streefcijfer worden vastgesteld voor beide organen gezamenlijk. Indien artikel 142b lid 2 of 3 van toepassing is, behoeft voor de raad van commissarissen dan wel de niet-uitvoerende bestuurders geen streefcijfer te worden vastgesteld.
3.
De vennootschap stelt een plan op om de in het vorige lid gestelde doelen te bereiken.
4.
Jaarlijks binnen tien maanden na afloop van het boekjaar, rapporteert de vennootschap aan de Sociaal economische Raad over het aantal mannen en vrouwen dat aan het eind van het boekjaar deel uitmaakt van het bestuur en de raad van commissarissen, alsmede van de nader door de vennootschap te bepalen categorieën werknemers in leidinggevende functies, de doelen in de vorm van een streefcijfer, het plan om deze doelen te bereiken en als één of meer doelen niet zijn bereikt, de redenen daarvoor.
5.
Een tot een groep behorende vennootschap behoeft niet te voldoen aan de leden 2 tot en met 4, mits de vennootschap die aan het hoofd staat van de groep in plaats van de groepsmaatschappij aan de uit deze leden voortvloeiende verplichtingen uitvoering geeft, al dan niet voor de betreffende groepsmaatschappijen gezamenlijk.