V-N Vandaag 2019/2769
Uitstel voor IB-aangifte verlengt volgens A-G altijd navorderingstermijn. Geen grove schuld voor niet controleren van aangiften?
HR (A-G) 21-11-2019, ECLI:NL:PHR:2019:1208
- Instantie
Hoge Raad (Advocaat-Generaal)
- Datum
21 november 2019
- Zaaknummer
19/01242
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Fiscaal bestuursrecht / Aanslag
Fiscaal bestuursrecht / Aangifte
Fiscaal bestuursrecht / Boete
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:254, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑02‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 28‑02‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:1208, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑11‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑03‑2019
- Wetingang
Essentie
A-G IJzerman is van mening dat het verleende uitstel beslissend is en dat niet van belang is of pas om uitstel is verzocht na het indienen van de aangifte. De vergrijpboetes zijn volgens de A-G terecht omdat er geen algemene verplichting bestaat om de aangiften van de adviseur te controleren.
Samenvatting
De heer X heeft zoons met een persoonsgebonden budget (PGB). X ontvangt hieruit inkomsten zonder deze in zijn IB-aangiften te verantwoorden. In geschil zijn diverse IB-navorderingsaanslagen en vergrijpboetes. Volgens X is de aanslag over 2010 niet tijdig — binnen de vijfjaarstermijn — opgelegd. De inspecteur stelt dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.