V-N 2016/34.14:Door belastingverdrag met Portugal heffing over fictief loon niet mogelijk volgens A-G

V-N 2016/34.14

Door belastingverdrag met Portugal heffing over fictief loon niet mogelijk volgens A-G

Documentgegevens:

HR (A-G) 28-04-2016, ECLI:NL:PHR:2016:369, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws (Fictiefloonarresten)

Instantie: Hoge Raad (Advocaat-Generaal)
Datum: 28 april 2016
Zaaknummer: 15/04977
Conclusie: A-G Wattel
Noot: Redactie Vakstudie Nieuws
Roepnaam: Fictiefloonarresten
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
JCDI: JCDI:ADS94403:1
Vakgebied(en): Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
Loonbelasting / Loon
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2016:2497, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑11‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑11‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:369, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑04‑2016
Wetingang: art. 3.81 Wet IB 2001; art. 12a Wet LB 1964; art. 15 en 16 Verdrag Nederland-Portugal

Essentie

Advocaat-generaal Wattel concludeert dat Nederland het fictieve loon voor de jaren 1998 en 2000 in de belastingheffing kan betrekken, omdat er in die jaren nog geen belastingverdrag was met Portugal. Voor het jaar 2001 geldt dat Nederland het fictieve loon niet in de belastingheffing kan betrekken.

Samenvatting

Belanghebbende, X, woont in Portugal en heeft een aanmerkelijk belang in A bv. A bv verwerft IT-opdrachten en leent personeel in en uit. In de aan X opgelegde aanslag IB/PVV 2001 houdt de inspecteur rekening met een fictief loon. In geschil is of toepassing van de gebruikelijkloonregeling verenigbaar is met het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.