JWB 2014/285
Wet bopz; verlening voorlopige machtiging
HR 27-06-2014, ECLI:NL:HR:2014:1550
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
27 juni 2014
- Zaaknummer
14/02353
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht (V)
Juridische beroepen / Rechter
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:1550, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 27‑06‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:498, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑05‑2014
- Wetingang
Essentie
Wet bopz; verlening voorlopige machtiging
Samenvatting
Casus:
Bij beschikking van 4 februari 2014 verleent de Rechtbank op verzoek van de officier van justitie een voorlopige machtiging tot opneming en verblijf van betrokkene in een zwakzinnigeninrichting.
Namens betrokkene is cassatieberoep ingesteld.
Rechtsvraag:
Heeft de rechter de beslissing een voorlopige machtiging te verlenen, voldoende gemotiveerd? Is sprake van een oorzakelijk verband tussen de stoornis van betrokkene en het gevaar?
Beslissing:
De Hoge Raad is van oordeel dat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen omdat de partij die het cassatieberoep heeft ingesteld ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.