NJ 2012/196
Ongeval minderjarig kind. Verjaring rechtsvordering tot schadevergoeding op voet art. 3:310 lid 1 BW; aanvang korte verjaringstermijn; subjectieve bekendheid; onderzoek vereist?; redelijkheid en billijkheid.
HR 03-12-2010, ECLI:NL:HR:2010:BN6241, m.nt. C.E. du Perron (Bemoti c.s.,Betonmortelfabriek)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
3 december 2010
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, J.C. van Oven, W.A.M. van Schendel, C.A. Streefkerk, C.E. Drion
- Zaaknummer
09/04185
- Conclusie
A-G Spier
- Noot
C.E. du Perron
- LJN
BN6241
- Roepnaam
Bemoti c.s.
Betonmortelfabriek
- JCDI
JCDI:ADS127279:1
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Rechtsvorderingen
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BN6241, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 03‑12‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BN6241, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑09‑2010
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑08‑2009
- Wetingang
BW art. 3:310
Essentie
Ongeval minderjarig kind. Verjaring rechtsvordering tot schadevergoeding op voet art. 3:310 lid 1 BW; aanvang korte verjaringstermijn; subjectieve bekendheid; onderzoek vereist?; redelijkheid en billijkheid.
De eis dat de benadeelde bekend is geworden met zowel de schade als de daarvoor aansprakelijke persoon moet aldus worden opgevat dat het hier gaat om een daadwerkelijke bekendheid, zodat het enkele vermoeden van het bestaan van schade niet volstaat. Degene die de identiteit van de aansprakelijke persoon met een beperkt onderzoek eenvoudig had kunnen achterhalen maar heeft nagelaten een dergelijk onderzoek in te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.