Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/414
Onteigeningsrecht. Belastingrecht. Vergoeding proceskosten onteigende partij (art. 50 OW); omzetbelasting over kosten bijstand t.l.v. onteigenende partij?; maatstaf.
HR 31-03-2023, ECLI:NL:HR:2023:512
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
31 maart 2023
- Magistraten
Mrs. G. de Groot, C.H. Sieburgh, S.J. Schaafsma
- Zaaknummer
21/03872
- Conclusie
A-G mr. W.L. Valk
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Algemeen
Onteigeningsrecht / Onteigening
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:512, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 31‑03‑2023
ECLI:NL:PHR:2022:941, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑10‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑10‑2021
- Wetingang
Essentie
Onteigeningsrecht. Belastingrecht. Vergoeding proceskosten onteigende partij (art. 50 OW); omzetbelasting over kosten bijstand t.l.v. onteigenende partij?; maatstaf.
Samenvatting
Voor de toepassing van art. 15 Wet op de omzetbelasting 1968 (Wet OB) heeft te gelden dat juridische en andere deskundige bijstand die erop is gericht de omvang van een tegenprestatie voor een levering van een goed te bepalen, geacht wordt rechtstreeks en onmiddellijk samen te hangen met die levering. Dit is niet anders ingeval het juridische en andere deskundige bijstand betreft die erop is gericht de omvang vast te stellen van de in art. 3 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.