Einde inhoudsopgave
Algemeen verdrag tussen Nederland en Frankrijk inzake de sociale zekerheid
Artikel 2 [Materiële werkingssfeer (Législation à laquelle l'Accord s'applique)]
Geldend
Geldend vanaf 01-11-1951
- Bronpublicatie:
07-01-1950, Stb. 1951, 101 (uitgifte: 15-05-1951, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-11-1951
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-12-1951, Trb. 1951, 156 (uitgifte: 20-12-1951, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationale sociale zekerheid / Algemeen
1.
De wettelijke regelingen inzake sociale zekerheid, waarop dit verdrag van toepassing is, omvatten:
- 1°
in Frankrijk:
- a.
de wetgeving, regelende de organisatie van de sociale zekerheid;
- b.
de algemene wetgeving, houdende regeling van het stelsel van sociale verzekering, van toepassing op de verzekerden in de niet-agrarische beroepen, met betrekking tot de verzekering tegen ziekte, invaliditeit, ouderdom, overlijden en de dekking van de kosten van het moederschap, met uitzondering van de wet van 23 September 1948, No. 48–1473, waarbij enige bepalingen van de beschikking van 19 October 1945 betreffende het stelsel van de sociale verzekering voor de verzekerden in de niet-agrarische beroepen op studenten van toepassing zijn verklaard;
- c.
de wetgeving inzake de sociale verzekering, van toepassing op loonarbeiders en met dezen gelijkgestelden in de agrarische beroepen en regelende de dekking van dezelfde risico's en kosten;
- d.
de wetgeving inzake de gezinstoelagen;
- e.
de wettelijke regelingen inzake de voorkoming van en de schadeloosstelling bij bedrijfsongevallen en beroepsziekten;
- f.
de bijzondere regelingen inzake de sociale zekerheid, voor zover zij betrekking hebben op de risico's of schadeloosstellingen, welke gedekt worden door de vorengenoemde wettelijke regelingen en in het bijzonder het stelsel betreffende de sociale zekerheid in de mijnen.
- 2°
in Nederland:
- a.
de wettelijke regelingen inzake de ziekteverzekering, daaronder begrepen die inzake de geneeskundige verzorging en die inzake de moederschapsuitkeringen;
- b.
de wettelijke regelingen inzake de verzekering tegen geldelijke gevolgen van ouderdom, invaliditeit en voortijdig overlijden;
- c.
de wettelijke regelingen inzake bedrijfsongevallen en beroepsziekten;
- d.
de wettelijke regelingen inzake kinderbijslag;
- e.
de regeling betreffende het stelsel van pensionnering der mijnarbeiders en der met dezen gelijkgestelden.
2.
Dit verdrag is eveneens van toepassing op alle wetten of regelingen, welke de wetten of regelingen, genoemd in het eerste lid van dit artikel, hebben gewijzigd of aangevuld of zullen wijzigen of aanvullen, met dien verstande evenwel, dat dit verdrag slechts van toepassing is:
- a.
op wetten of regelingen, welke betrekking hebben op een nieuwe tak van sociale zekerheid, indien daartoe een nadere overeenkomst is gesloten tussen de verdragsluitende landen;
- b.
op wetten of regelingen, welke de werking van de bestaande stelsels uitbreiden tot nieuwe groepen van verzekerden, indien de betrokken Regering daartegen niet binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van bedoelde wetten of regelingen van bezwaren doet blijken aan de Regering van het andere land.