V-N 2017/43.7
Niet horen in verzetprocedure over boete is nalatig
HR 08-09-2017, ECLI:NL:HR:2017:2261, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 september 2017
- Magistraten
Overgaauw, Van Loon, Van Hilten
- Zaaknummer
17/01242
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS927124:1
- Vakgebied(en)
Belastingheffing van motorrijtuigen (V)
Fiscaal procesrecht (V)
Fiscaal procesrecht / Beroepsfase
Belastingheffing van motorrijtuigen / Motorrijtuigenbelasting
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑09‑2017
ECLI:NL:HR:2017:2261, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑09‑2017
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat de rechtbank niet heeft onderkend dat ook een boete in geding was. Hieruit is af te leiden dat zij heeft nagelaten ambtshalve te onderzoeken of het vereiste van een behoorlijk proces aanleiding gaf om de heer X uit te nodigen om op een zitting te worden gehoord.
Samenvatting
Aan de heer X is een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting met een boete opgelegd. Het beroep van X is door Rechtbank Zeeland-West-Brabant aanvankelijk met toepassing van art. 8:54 Awb niet-ontvankelijk verklaard. Het verzet van X wordt vervolgens ongegrond verklaard zonder hem te horen. X gaat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.