Einde inhoudsopgave
Wet op de expertisecentra
Artikel 137 Vrijwillige opheffing openbare school
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2022
- Redactionele toelichting
Voorheen art. 149.
- Bronpublicatie:
25-02-2021, Stb. 2021, 171 (uitgifte: 07-04-2021, kamerstukken: 35605)
- Inwerkingtreding
01-04-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-03-2022, Stb. 2022, 114 (uitgifte: 16-03-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De gemeenteraad kan besluiten tot vermindering van het aantal door de gemeente in stand gehouden openbare scholen in de gemeente. Het besluit wijst tevens de op te heffen scholen aan en het tijdstip met ingang waarvan de opheffing geschiedt. Opheffing van een school vindt niet plaats indien instandhouding van die school noodzakelijk is om voldoende te voorzien in de behoefte aan openbaar onderwijs.
2.
De openbare rechtspersoon, bedoeld in artikel 50, en de stichting, bedoeld in artikel 28 of 51, kunnen besluiten tot opheffing van een door die openbare rechtspersoon of stichting in stand gehouden openbare school.
3.
Een besluit als bedoeld in het eerste of tweede lid wordt genomen voor 16 oktober voorafgaand aan het schooljaar waarin de opheffing geschiedt, dan wel, indien het besluit meer dan een school betreft, voorafgaand aan het schooljaar waarin de eerste van deze scholen wordt opgeheven. Het besluit wordt onderworpen aan de goedkeuring van gedeputeerde staten, voor zover het scholen betreft als bedoeld in artikel 78, eerste lid, en aan de goedkeuring van Onze Minister, voor zover het scholen betreft als bedoeld in artikel 86, eerste lid. Gedeputeerde staten en Onze Minister onthouden hun goedkeuring ten aanzien van het besluit voor zover ten gevolge van de opheffing van een school, afhankelijk van de schoolsoort, regionaal, provinciaal dan wel landelijk niet meer voldoende zou zijn voorzien in de behoefte aan openbaar onderwijs.
4.
Gedeputeerde staten en Onze Minister beslissen voor 16 februari volgend op de in het derde lid genoemde datum. Indien gedeputeerde staten, onderscheidenlijk Onze Minister, niet voor 16 februari hebben beslist, wordt het desbetreffende besluit geacht te zijn goedgekeurd.
5.
De besluiten van de gemeenteraad, van het bevoegd gezag, van gedeputeerde staten en van Onze Minister, genomen op grond van dit artikel, worden bekendgemaakt door een openbare kennisgeving binnen 2 weken na de datum waarop het besluit is genomen.