BNB 2015/2
Naheffingsaanslag binnen redelijke termijn vastgesteld. Bewijsaanbod terecht gepasseerd. Gehanteerde berekeningswijze BPM niet in strijd met EU-recht
HR 19-09-2014, ECLI:NL:HR:2014:2707, m.nt. B.A. van Brummelen
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 september 2014
- Magistraten
Mrs. Overgaauw, Van Vliet, Punt, Fierstra, Koopman
- Zaaknummer
13/02558
- Noot
B.A. van Brummelen
- JCDI
JCDI:ADS919682:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Belastingheffing van motorrijtuigen (V)
Belastingrecht algemeen (V)
Europees belastingrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:2707, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑09‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑09‑2014
- Wetingang
Art. 8:60 lid 4 en 8:63 lid 3 Awb; art. 10 Wet BPM 1992; art. 41 Handvest van de grondrechten van de EU; art. 110 VWEU
Essentie
Naheffingsaanslag binnen redelijke termijn vastgesteld. Bewijsaanbod terecht gepasseerd. Gehanteerde berekeningswijze BPM niet in strijd met EU-recht
Samenvatting
Op 13 april 2008 is belanghebbende, die in Nederland woont, voor de tweede maal in 2008 door de douane aangehouden toen hij met een personenauto met Luxemburgs kenteken gebruik maakte van de openbare weg in Nederland. Naar aanleiding hiervan is aan belanghebbende op 18 januari 2010 een naheffingsaanslag BPM opgelegd. Het Hof heeft geoordeeld dat de naheffingsaanslag niet moet worden vernietigd op de grond dat deze niet binnen een redelijke termijn na de constateringen is vastgesteld. Omtrent de berekening van de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.