TRA 2018/79
Appelrechter hoeft niet te motiveren waarom hij een lagere billijke vergoeding toekent dan de kantonrechter. Ex nunc toetsing
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
8 juni 2018
- Zaaknummer
17/02121
- Noot
Mr. dr. M.S.A. Vegter
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS181085:1
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:878, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑06‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:185, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑02‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 03‑07‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑04‑2017
- Wetingang
art. 7:671c lid 2 BW onder b
Essentie
Appelrechter hoeft niet te motiveren waarom hij een lagere billijke vergoeding toekent dan de kantonrechter. Ex nunc toetsing
Uitspraak
Feiten en procesverloop
De werkneemster is vanaf 1 juni 1999 bij de werkgever, een zorginstelling, in dienst geweest als specialist ouderengeneeskunde. Na een klacht van een cliënt zijn aan haar twee opties voorgelegd: een intensief verbetertraject ingaan of ontslag nemen. In het verslag van het hierover gevoerde gesprek heeft de werkgever opgemerkt dat de werkneemster voor de duur van een jaar een aantekening in het BIG-register gehad zou hebben. De werkneemster heeft laten weten dat dit niet klopt en dat ...