V-N 2019/14.10
Vrijstelling uit EU-renteroyaltyrichtlijn komt toe aan daadwerkelijk genothebbenden, behoudens misbruik
HvJ EU 26-02-2019, ECLI:EU:C:2019:134, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws (N Luxembourg 1)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
26 februari 2019
- Magistraten
Lenaerts, Bonichot, Arabadjiev, Von Danwitz, Toader, Biltgen, Rosas, Ilešič, Bay Larsen, Safjan, Fernlund, Vajda, Rodin
- Zaaknummer
C-115/16
C-118/16
C-119/16
C-299/16
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Roepnaam
N Luxembourg 1
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS29487:1
- Vakgebied(en)
Europees belastingrecht / Richtlijnen EU
Internationaal belastingrecht / Anti-misbruik
Europees belastingrecht / Belastingen EU
Dividendbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2019:134, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 26‑02‑2019
ECLI:EU:C:2018:143, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie, 01‑03‑2018
- Wetingang
art. 1 Richtlijn 2003/49/EG
Essentie
Het Hof van Justitie EU oordeelt dat de vrijstelling van alle belastingen over uitkeringen van interest uit de Interest en royalty’s richtlijn uitsluitend toekomt aan de uiteindelijk gerechtigden tot deze interest. Dit zijn de entiteiten die uit economisch oogpunt daadwerkelijk het genot hebben van deze interest.
Samenvatting
Enkele, buiten de EU-gevestigde, beleggingsfondsen willen T Danmark overnemen. Zij richten daartoe meerdere vennootschappen op in Luxemburg en Denemarken. Een van deze vennootschappen is N Luxembourg 1 dat in Denemarken is gevestigd. Uiteindelijk verwerft N Luxembourg 1 ongeveer 80% van het aandelenkapitaal in T Danmark. Vervolgens vindt er een aandelenruil plaats, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.