Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 575/2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012
Artikel 471 Vrijstelling van aftrek van deelnemingen in verzekeringsondernemingen van tier 1-kernkapitaalbestanddelen
Geldend
Geldend vanaf 27-06-2019
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 01-01-2019.
- Bronpublicatie:
20-05-2019, PbEU 2019, L 150 (uitgifte: 07-06-2019, regelingnummer: 2019/876)
- Inwerkingtreding
27-06-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-05-2019, PbEU 2019, L 150 (uitgifte: 07-06-2019, regelingnummer: 2019/876)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
In afwijking van artikel 49, lid 1, kunnen instellingen ervoor kiezen om gedurende de periode van 31 december 2018 tot en met 31 december 2024 geen aftrek toe te passen van deelnemingen in verzekeringsondernemingen, herverzekeringsondernemingen en verzekeringsholdings indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
- a)
de voorwaarden van artikel 49, lid 1, punten a) en e);
- b)
de bevoegde autoriteiten zijn ervan overtuigd dat de mate van risicobeheersing en de procedures voor financiële analyse die de instelling specifiek heeft vastgesteld om toezicht te houden op de belegging in de onderneming of holding volstaan;
- c)
de deelnemingen van de instelling in de verzekeringsonderneming, herverzekeringsonderneming of verzekeringsholding overschrijden niet 15 % van de per 31 december 2012 en gedurende de periode van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2024 door de verzekeringsentiteit uitgegeven tier 1-kernkapitaalinstrumenten;
- d)
het niet-afgetrokken bedrag van de deelneming overstijgt niet het per 31 december 2012 aangehouden bedrag aan tier 1-kernkapitaalinstrumenten in de verzekeringsonderneming, herverzekeringsonderneming of verzekeringsholding.
2.
De deelnemingen die overeenkomstig lid 1 niet worden afgetrokken, worden aangemerkt als blootstellingen en krijgen een risicogewicht van 370 %.