RFR 2022/75
Is door het feitelijk handelen van partijen sprake van een stilzwijgende afspraak die afwijking van de interne draagplicht rechtvaardigt?
Hof Den Haag 06-10-2021, ECLI:NL:GHDHA:2021:1963
- Instantie
Hof Den Haag
- Datum
6 oktober 2021
- Magistraten
Mrs. K.M. Braun, A.C. Olland, A.S. Mertens-de Jong
- Zaaknummer
200.286.054/01
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS649089:1
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHDHA:2021:1963, Uitspraak, Hof Den Haag, 06‑10‑2021
- Wetingang
Essentie
Interne draagplicht van de lasten verbonden aan de gezamenlijke woning.
Is door het feitelijk handelen van partijen sprake van een stilzwijgende afspraak die afwijking van de interne draagplicht rechtvaardigt?
Samenvatting
Partijen zijn gehuwd buiten gemeenschap van goederen. Tussen partijen was niet in geschil dat er ten aanzien van de voormalige echtelijke woning een eenvoudige gemeenschap bestaat op grond van art. 3:166 BW. Deze woning is inmiddels aan een derde verkocht en geleverd. De man was voor 60% eigenaar van de woning en de vrouw voor 40%.
Er spelen in de kern twee discussies ten aanzien ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.