JWB 2000/103
vermeende arbeidsongeschiktheid, loonvordering
HR 23-06-2000, ECLI:NL:PHR:2000:AA6295 (Thuiszorg Midden Brabant/Van Ierland-Houkes)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
23 juni 2000
- Zaaknummer
C98/298HR
- LJN
AA6295
- Roepnaam
Thuiszorg Midden Brabant/Van Ierland-Houkes
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2000:AA6295, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 23‑06‑2000
ECLI:NL:PHR:2000:AA6295, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑06‑2000
- Wetingang
Art. 7:628 BW; art. 7:629 BW; art. 7:629a BW
Essentie
vermeende arbeidsongeschiktheid, loonvordering
Samenvatting
Casus
Een werkneemster, verweerster in cassatie, heeft in april 1996 de stichting Thuiszorg Midden-Brabant, eiseres tot cassatie, gedagvaard voor het Kantongerecht Tilburg en gevorderd Thuiszorg te veroordelen om aan werkneemster te betalen een bedrag van circa NLG 29.000 aan achterstallig salaris. In maart 1990 was de werkneemster met hartklachten uitgevallen. Eerst heeft zij gedurende 52 weken een Ziektewet-uitkering ontvangen en aansluitend een AAW/WAO-uitkering. Omstreeks april 1992 werd aan de werkneemster meegedeeld dat zij volledig arbeidsongeschikt was voor haar eigen werkzaamheden. Toen Thuiszorg dit oordeel van de verzekeringsgeneeskundige vernam, heeft zij de werkneemster meegedeeld dat zij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.