NJB 2022/759:Beslagbeklag, art. 552a Sv. Onduidelijkheid over welke voorwerpen zijn inbeslaggenomen en/of welke bepalingen aan het beslag ten grondslag liggen, terwijl die informatie van belang is voor de beoordeling van het klaagschrift: in dat geval dient de beklagrechter zich hierover nader te laten informeren. De beklagrechter kan daarvoor het openbaar ministerie het bevel geven om stukken over te leggen (art. 23 lid 1 Sv). Zo nodig wordt daartoe het onderzoek in raadkamer aangehouden. Het openbaar ministerie is gehouden (art. 23 lid 5 Sv) de stukken aan de rechter over te leggen. Als het dat achterwege laat, kan de beklagrechter die omstandigheid betrekken bij de beoordeling van het klaagschrift. Om bij een beslagbeklag de juiste beoordelingsmaatstaf te kunnen hanteren, zal ten tijde van de behandeling in raadkamer duidelijk moeten zijn welke bepalingen aan het beslag ten grondslag liggen. De Hoge Raad zet de beoordelingskaders uiteen die gelden voor beslagen die zijn gelegd op grond van art. 94 Sv resp. art. 94a lid 1 of lid 2 Sv.

NJB 2022/759

Beslagbeklag, art. 552a Sv. Onduidelijkheid over welke voorwerpen zijn inbeslaggenomen en/of welke bepalingen aan het beslag ten grondslag liggen, terwijl die informatie van belang is voor de beoordeling van het klaagschrift: in dat geval dient de beklagrechter zich hierover nader te laten informeren. De beklagrechter kan daarvoor het openbaar ministerie het bevel geven om stukken over te leggen (art. 23 lid 1 Sv). Zo nodig wordt daartoe het onderzoek in raadkamer aangehouden. Het openbaar ministerie is gehouden (art. 23 lid 5 Sv) de stukken aan de rechter over te leggen. Als het dat achterwege laat, kan de beklagrechter die omstandigheid betrekken bij de beoordeling van het klaagschrift. Om bij een beslagbeklag de juiste beoordelingsmaatstaf te kunnen hanteren, zal ten tijde van de behandeling in raadkamer duidelijk moeten zijn welke bepalingen aan het beslag ten grondslag liggen. De Hoge Raad zet de beoordelingskaders uiteen die gelden voor beslagen die zijn gelegd op grond van art. 94 Sv resp. art. 94a lid 1 of lid 2 Sv.

Documentgegevens:

HR 15-03-2022, ECLI:NL:HR:2022:376

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 15 maart 2022
Magistraten: Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M.J. Borgers
Zaaknummer: 20/03317
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Vakgebied(en): Strafrecht algemeen (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2022:376, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 15‑03‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:59, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑01‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 10‑12‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑11‑2020
Wetingang: (art. 552a Sv)

Essentie

Beslagbeklag, art. 552a Sv. Onduidelijkheid over welke voorwerpen zijn inbeslaggenomen en/of welke bepalingen aan het beslag ten grondslag liggen, terwijl die informatie van belang is voor de beoordeling van het klaagschrift: in dat geval dient de beklagrechter zich hierover nader te laten informeren. De beklagrechter kan daarvoor het openbaar ministerie het bevel geven om stukken over te leggen (art. 23 lid 1 Sv). Zo nodig wordt daartoe het onderzoek in raadkamer aangehouden. Het openbaar ministerie is gehouden (art. 23 lid 5 Sv) de stukken aan de rechter over te leggen. Als het dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.