RAR 2016/37
Tewerkstelling vreemdeling. Mag een boete opgelegd in het kader van de WAV contractueel worden verhaald op een opvolger in de keten?
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
11 december 2015
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, M.V. Polak
- Zaaknummer
15/02931
- Conclusie
A-G mr. F.F. Langemeijer
- Roepnaam
Wijnen Bouw Horst/Muller Complete Afbouw
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS922838:1
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsmarktbeleid en -bemiddeling
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Vermogensrecht / Rechtshandelingen
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:3568, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑12‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:2389, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑10‑2015
- Wetingang
Art. 3:40 BW; art. 2 lid 1 WAV; art. 292 Rv
Essentie
Prejudiciële vraag. Tewerkstelling vreemdeling. Bestuurlijke boete.
Mag een boete opgelegd in het kader van de Wet arbeid vreemdelingen contractueel worden verhaald op een opvolger in de keten?
Samenvatting
In de onderhavige prejudiciële procedure gaat het om een contractueel beding in een (onder)aannemingsovereenkomst, op grond waarvan de partij aan wie als werkgever in de zin van de Wet arbeid vreemdelingen (verder: WAV) vanwege eigen schendingen van art. 2 lid 1 WAV een bestuurlijke boete is opgelegd, het bedrag van die boete mag verhalen op zijn contractuele wederpartij die de opvolgende schakel in de keten van werkgevers is (hierna ...