V-N 2018/20.9
Hofoordeel omtrent wetenschap btw-fraude onvoldoende gemotiveerd
HR 06-04-2018, ECLI:NL:HR:2018:516, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 april 2018
- Magistraten
Koopman, Punt, Van Loon, Van Kalmthout, Van Hilten
- Zaaknummer
16/01157
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS182956:1
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Aftrek en teruggaaf
Fiscaal procesrecht / Procesorde
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:516, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑04‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑04‑2018
- Wetingang
art. 15 Wet OB 1968
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat het hof onvoldoende heeft gemotiveerd dat FE X op de hoogte was van de btw-fraude. De wetenschap van de fraude kan, bij betwisting door FE X, niet worden afgeleid uit de verklaringen van een verkoopmedewerker.
Samenvatting
A bv houdt de aandelen in B bv en C bv. De drie bv’s vormen een fiscale eenheid voor de OB: FE X bv, belanghebbende. In de jaren 2006-2008 factureert H 672, uit Duitsland afkomstige, auto’s aan B bv. X bv brengt de in rekening gebrachte btw van ruim € 4,6 mln. in aftrek. Nadat uit een FIOD-onderzoek ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.