Einde inhoudsopgave
Algemene wet bestuursrecht
Artikel 4:96 [Intrekking of wijziging uitstel van betaling of voorschot]
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2021
- Bronpublicatie:
18-11-2020, Stb. 2020, 500 (uitgifte: 09-12-2020, kamerstukken: 35477)
- Inwerkingtreding
01-04-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
02-02-2021, Stb. 2021, 68 (uitgifte: 16-02-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
1.
Het bestuursorgaan kan de beschikking tot uitstel van betaling onderscheidenlijk tot verlening van een voorschot intrekken of wijzigen:
- a.
indien de voorschriften niet worden nageleefd;
- b.
indien de wederpartij onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beschikking zou hebben geleid, of
- c.
voor zover veranderde omstandigheden zich verzetten tegen voortduring van het uitstel onderscheidenlijk tegen de verlening van het voorschot.
2.
De verplichting tot betaling van een voorschot wordt opgeschort met ingang van de dag waarop het bestuursorgaan aan de wederpartij schriftelijk kennis geeft van het ernstige vermoeden dat er grond bestaat om toepassing te geven aan het eerste lid, aanhef en onder a of b, tot en met de dag waarop de beschikking omtrent intrekking of wijziging is bekendgemaakt of de dag waarop sedert de kennisgeving van het ernstige vermoeden dertien weken zijn verstreken.