NJB 2013/2465
Nietigverklaring tenlastelegging op de grond dat die onvoldoende feitelijk is in de zin van art. 261 lid 2 Sv onterecht nu de termen vernielen, beschadigen en onbruikbaar maken uit art. 350 Sr mede feitelijke betekenis hebben
HR 05-11-2013, ECLI:NL:HR:2013:1105
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
5 november 2013
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, V. van den Brink
- Zaaknummer
12/04549
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:1105, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 05‑11‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:1119, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑09‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 21‑02‑2013
- Wetingang
Essentie
Nietigverklaring tenlastelegging op de grond dat die onvoldoende feitelijk is in de zin van art. 261 lid 2 Sv onterecht nu de termen vernielen, beschadigen en onbruikbaar maken uit art. 350 Sr mede feitelijke betekenis hebben
Uitspraak
Inleiding:
OM-cassatie. Aan de verdachte is onder 2 ten laste gelegd dat ‘hij op of omstreeks 7 augustus 2010 te Diemen opzettelijk en wederrechtelijk een ruit (van een (voor)deur behorende bij perceel [a-straat 1]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [betrokkene], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft vernield en/of beschadigd ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.