Einde inhoudsopgave
Vreemdelingencirculaire 2000 (B)
4.6 Houder van een Europese blauwe kaart
Geldend
Geldend vanaf 06-07-2024
- Bronpublicatie:
25-04-2024, Stcrt. 2024, 13732 (uitgifte: 05-07-2024, regelingnummer: WBV 2024/15)
- Inwerkingtreding
06-07-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-04-2024, Stcrt. 2024, 13732 (uitgifte: 05-07-2024, regelingnummer: WBV 2024/15)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht (V)
4.6.1. Loon
De IND beschouwt als bewijsmiddel waaruit moet blijken dat de vreemdeling voldoet aan het looncriterium voor houders van een Europese blauwe kaart:
- •
een arbeidsovereenkomst; of
- •
een aanstellingsbesluit.
Paragraaf B6/4.3 Vc is van overeenkomstige toepassing.
4.6.2. Diploma
De IND beschouwt een schriftelijke Internationale Diplomawaardering als bewijsmiddel waaruit moet blijken dat de vreemdeling beschikt over een diploma van hoger onderwijs en dat deze opleiding vergelijkbaar is met een Nederlandse opleiding voor hoger onderwijs.
De IND beschouwt een origineel gewaarmerkte kopie van het diploma van hoger onderwijs in Nederland als bewijsmiddel waar uit moet blijken dat de vreemdeling beschikt over een diploma van hoger onderwijs.
4.6.3. Hogere beroepsvaardigheden
Deze paragraaf is een uitwerking van artikel 4.35, lid 1, onder e VV en artikel 3.30b Vb.
De IND beschouwt in ieder geval als begin van bewijs dat de vreemdeling beschikt over voldoende en relevante hogere beroepsvaardigheden:
- •
een eigen verklaring;
- •
een cv; en
- •
een afschrift van de vacaturetekst.
Dit bewijs moet aangevuld worden met een of meerdere overige stukken zoals bijvoorbeeld:
- •
referenties van werkgevers;
- •
voorgaande arbeidscontracten; of
- •
een overzicht van tewerkstellingsvergunningen afgegeven door officiële overheidsinstanties.
4.6.4. Economische activiteit
De IND beschouwt de volgende stukken als bewijsmiddel waaruit moet blijken dat er economische activiteit plaats vindt bij de referent:
- •
een bewijs van inschrijving bij de Kamer van Koophandel;
- •
een bewijs van een eigen adres waar economische activiteiten verricht worden, zoals een huurcontract of koopakte;
- •
een verklaring van betalingsgedrag als bedoeld in artikel 1.1.12 van de Leidraad Invordering 2008, die op de datum van indiening niet ouder is dan drie maanden; en
- •
een geanonimiseerde verzamelloonstaat waaruit blijkt dat ten minste een fte al werkzaam is in de gastentiteit vóór de komst van een beoogd houder van een Europese blauwe kaart.
De IND vereist bovenstaande bewijsmiddelen niet als het gaat om een erkend referent.
De IND beschouwt een postbus niet als een bewijs van een eigen adres.
4.6.5. Individuele gezondheidszorg
De IND beschouwt een bewijs van inschrijving in het BIG-register als bewijsmiddel dat de vreemdeling in het BIG-register is geregistreerd.
4.6.6. Erkenning beroepskwalificaties
De IND beschouwt als bewijsmiddel documenten waarin staat dat de vreemdeling voldoet aan de vereisten om een gereguleerd beroep uit te oefenen en dat deze vereisten erkend zijn in de zin van artikel 5 van de Algemene wet erkenning EU-beroepskwalificaties.
4.6.7. Mvv-vereiste voor de houder van de Europese blauwe kaart
De IND beschouwt een document waaruit de duur en aard van het eerdere verblijf als houder van een Europese blauwe kaart in de andere EU-lidstaat blijkt als bewijsmiddel dat de vreemdeling geen mvv hoeft over te leggen.
4.6.8. Langetermijnmobiliteit
De IND beschouwt als bewijsmiddel dat de vreemdeling houder is van een door een andere lidstaat afgegeven Europese blauwe kaart:
- •
Een kopie van het verblijfsdocument met de vermelding ‘Europese blauwe kaart’ afgegeven door de andere lidstaat van de EU.