Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake de verlening van Europese octrooien (Europees Octrooiverdrag)
Artikel 47 Voorlopige begroting
Geldend
Geldend vanaf 13-12-2007
- Bronpublicatie:
28-06-2001, Trb. 2013, 127 (uitgifte: 06-08-2013, regelingnummer: CA/D18/01)
- Inwerkingtreding
13-12-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-12-2007, Trb. 2007, 233 (uitgifte: 21-12-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Octrooirecht
Internationaal privaatrecht / Bijzondere onderwerpen
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Indien aan het begin van een begrotingsjaar de begroting nog niet is vastgesteld door de Raad van Bestuur, kunnen de uitgaven maandelijks per hoofdstuk of andere onderverdeling worden verricht in overeenstemming met het Financieel Reglement tot ten hoogste een twaalfde deel van de op de begroting van het voorgaande jaar toegestane gelden, mits de aldus aan de President van het Europees Octrooibureau ter beschikking gestelde gelden niet meer bedragen dan een twaalfde deel van de op de ontwerpbegroting voorziene gelden.
2.
De Raad van Bestuur kan, evenwel met inachtneming van de overige in het eerste lid vastgestelde voorwaarden, machtiging verlenen voor uitgaven die een twaalfde deel te boven gaan.
3.
De betalingen bedoeld in artikel 37, onderdeel b, zullen voorshands worden verricht overeenkomstig artikel 39 op basis van het begrotingsjaar voorafgaande aan dat waarop de ontwerpbegroting betrekking heeft.
4.
Elke maand betalen de Verdragsluitende Staten, als voorschot en overeenkomstig de in artikel 40, derde en vierde lid, bedoelde verdeelsleutel, de bijzondere financiële bijdragen voor zover dit nodig is om aan het eerste en tweede lid van dit artikel uitvoering te geven. Artikel 39, vierde lid, is op deze bijdragen van overeenkomstige toepassing.