Einde inhoudsopgave
Europees Sociaal Handvest (herzien)
Artikel L Territoriale toepassing
Geldend
Geldend vanaf 01-07-1999
- Bronpublicatie:
03-05-1996, Trb. 2004, 13 (uitgifte: 28-01-2004, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-1999
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
03-05-1996, Trb. 2004, 13 (uitgifte: 28-01-2004, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Arbeidsrecht / Europees arbeidsrecht
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Internationale sociale zekerheid / Mensenrechten
1.
Dit Handvest is van toepassing op het grondgebied van het moederland van elk der Partijen. Elke ondertekenende Partij kan op het tijdstip van ondertekening, dan wel op het tijdstip van nederlegging van de akte van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring, het grondgebied dat voor de toepassing van dit Handvest als haar moederland dient te worden beschouwd, nader omschrijven in een aan de Secretaris-Generaal van de Raad van Europa te richten verklaring.
2.
Elke ondertekenende Partij kan op het tijdstip van ondertekening, dan wel op het tijdstip van nederlegging van de akte van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring, of op elk daaropvolgend tijdstip, in een aan de Secretaris-Generaal van de Raad van Europa te richten kennisgeving verklaren dat het Handvest geheel of gedeeltelijk van toepassing zal zijn op één of meer in bedoelde verklaring aangegeven grondgebieden buiten het moederland gelegen, waarvan zij de internationale betrekkingen behartigt en waarvoor zij de internationale verantwoordelijkheid aanvaardt. Zij dient in deze verklaring aan te geven welke van de in deel II van het Handvest vervatte artikelen of leden zij als bindend aanvaardt ten aanzien van de in de verklaring vermelde gebieden.
3.
Het Handvest is op het grondgebied of de grondgebieden als vermeld in de in het vorige lid bedoelde verklaring van toepassing vanaf de eerste dag van de maand die volgt op het verstrijken van een tijdvak van een maand na de datum van ontvangst van een dergelijke verklaring door de Secretaris-Generaal.
4.
Elke Partij kan te allen tijde in een aan de Secretaris-Generaal van de Raad van Europa te richten kennisgeving verklaren dat zij ten aanzien van één of meer grondgebieden waarop dit Handvest krachtens het tweede lid van dit artikel van toepassing is, nader te noemen artikelen of genummerde leden van kracht verklaart, welke zij nog niet ten aanzien van zodanig gebied of zodanige gebieden als bindend had aanvaard. Deze later aanvaarde verplichtingen worden geacht een integrerend deel te vormen van de oorspronkelijke verklaring ten aanzien van het betrokken grondgebied en hebben hetzelfde rechtsgevolg met ingang van de eerste dag van de maand die volgt op het verstrijken van een tijdvak van een maand na de datum waarop de Secretaris-Generaal de kennisgeving van deze verklaring heeft ontvangen.