Einde inhoudsopgave
Regeling voertuigen
Artikel 8.4.1 [Definities]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Bronpublicatie:
21-11-2019, Stcrt. 2019, 63953 (uitgifte: 22-11-2019, regelingnummer: IENW/BSK-2019/202498)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-11-2019, Stcrt. 2019, 63953 (uitgifte: 22-11-2019, regelingnummer: IENW/BSK-2019/202498)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Voertuigeisen
Vervoersrecht / Bijzondere onderwerpen
In deze paragraaf wordt verstaan onder:
opaciteit: mate waarin lichtabsorptie plaatsvindt in het uitlaatgas dat door een roetmeter wordt geleid. Deze mate van lichtabsorptie is afhankelijk van de weglengte waarover de lichtabsorptie plaatsvindt en wordt aangeduid door de grootheid N die de afname van de lichtflux over de weglengte in het uitlaatgas, uitdrukt in een percentage van de onverzwakte lichtflux. In formule:
N = 100 * (( ΦO − ΦL)/ΦO )
Hierin is:
N de opaciteit (uitgedrukt in %);
ΦO de onverzwakte lichtflux;
ΦL de lichtflux resterend na de lichtweg L;
absorptiecoëfficiënt: maat voor de lichtabsorptie van het uitlaatgas, die karakteristiek is voor de opaciteit van het uitlaatgas en in getalwaarde onafhankelijk is van de weglengte waarover de opaciteit wordt gemeten. De absorptiecoëfficiënt wordt aangeduid door grootheid k, die de negatieve waarde van natuurlijke logaritme van de transmissie per meter lichtweg door het uitlaatgas voorstelt. In formule:
K = ((-In( ΦL/ΦO ))/L)
Hierin is:
k de absorptiecoëfficiënt (uitgedrukt in m-1);
L de weglengte die het licht in het uitlaatgas aflegt in meter;
fysische responsie: specifiek dynamische[lees: dynamisch] gedrag van dat deel van de roetmeter dat de waarde van de absorptiecoëfficiënt van het gas in de uitlaat omzet in de opaciteitswaarde die het primaire meetsignaal vormt;
normlengte: gestandaardiseerde lengte voor de meetkamer gebruikt voor de berekening van de genormeerde opaciteit te weten 430 mm;
ongecorrigeerde opaciteit: meetsignaal evenredig met de momentele waarde van de opaciteit, niet gecorrigeerd voor druk, temperatuur of verschil tussen de werkelijke lengte en de normlengte van de meetkamer;
genormeerde opaciteit: berekende waarde van de opaciteit zoals deze zou worden gemeten in een meetkamerlengte gelijk aan de normlengte;
correctiefilter: elektrisch filter opgenomen in het signaalpad met een karakteristiek aangepast aan de fysische responsie;
hoofdfilter: elektrisch filter met een vaste karakteristiek dat is opgenomen in het signaalpad en dat als ingangssignaal de genormeerde opaciteit heeft;
piekwaarde detectie-inrichting: inrichting die de maximale waarde bepaalt van een roetuitstoot, uitgaande van het gedurende de vrije acceleratie van de voertuigmotor gemeten verloop van deze roetuitstoot;
meetresultaat: waarde van de absorptiecoëfficiënt van het uitlaatgas zoals deze, beïnvloedt door de fysische en elektrische responsie van de roetmeter, is gemeten op het moment bepaald door de piekwaarde detectie-inrichting.