165 Aansluiting bij de belanghebbende als de hoofdzaak een dagvaardingsprocedure is

Uit par. 5.4.1.1 blijkt – kort samengevat – dat de potentiële partijen in de hoofdzaak en derden met een vrijwel even groot of groter belang bij de hoofdzaak kunnen worden aangemerkt als belanghebbenden bij een voorlopig getuigenverhoor ten behoeve van een dagvaardingsprocedure. Er is geen reden de term belanghebbende in art. 186 lid 1 Rv anders uit te leggen al naar gelang de hoofdzaak een dagvaardings- dan wel een verzoekschriftprocedure is. Belanghebbenden bij een voorlopig getuigenverhoor in het kader van een verzoekschriftprocedure zijn daarom ten eerste de potentiële verzoeker en zijn ‘wederpartij(en)’ en ten tweede, net als in het kader van de dagvaardingsprocedure, diegenen die zo betrokken zijn bij de hoofdzaak en in zodanige rechtsbetrekking tot een partij staan, dat zij een vrijwel zo groot of groter belang hebben bij de hoofdzaak als een partij (zie verder par. 5.4.1.1).