Besluit vrijstelling btw verzorging en verpleging van in een inrichting opgenomen personen (omzetbelasting)
3.2 Nauw samenhangende prestaties
Geldend
Geldend vanaf 29-12-2018
- Bronpublicatie:
14-12-2018, Stcrt. 2018, 72654 (uitgifte: 28-12-2018, regelingnummer: 2018-12854)
- Inwerkingtreding
29-12-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-12-2018, Stcrt. 2018, 72654 (uitgifte: 28-12-2018, regelingnummer: 2018-12854)
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Vrijstelling
De wet kent naast de vrijstelling voor het verzorgen en het verplegen van in een inrichting opgenomen personen (artikel 11, eerste lid, onderdeel c, van de wet) ook een vrijstelling voor de nauw met die prestatie samenhangende handelingen. Van nauw samenhangende prestaties is in elk geval geen sprake als het handelingen betreft die:
- a.
niet onontbeerlijk zijn voor het verrichten van de vrijgestelde handelingen; en
- b.
in hoofdzaak ertoe strekken aan de instelling extra opbrengsten te verschaffen door de uitvoering van handelingen welke worden verricht in rechtstreekse mededinging met aan de heffing van btw onderworpen handelingen van commerciële ondernemingen.
Ook het beheer van zogenoemde bewonersgelden kan onder omstandigheden onder begrip nauw samenhangende handelingen vallen. Hierbij gaat het om het door de inrichting tegen vergoeding verrichten van gebruikelijke werkzaamheden van het financiële beheer van gelden van in die (zorg)inrichting verblijvende personen die zelf niet in staat zijn hun vermogensrechtelijke belangen te behartigen. De hiervoor bedoelde werkzaamheden bestaan onder meer uit het aanvragen en innen van uitkeringen, het betalen van kosten (zoals verzekeringen) en het uitbetalen van kleed- en zakgeld. Het beheren vereist de goedkeuring van de voor de bewoner benoemde curator of bewindvoerder. Het beheren van bewonersgelden ligt in het verlengde van de reguliere verpleging en verzorging van de in de inrichting verblijvende personen door de (zorg)inrichting.
Het komt voor dat het beheer van bewonersgelden formeel is ondergebracht bij een afzonderlijke stichting maar dat de zorginrichting de feitelijke beheerswerkzaamheden verricht. Uit praktische overwegingen keur ik op grond van artikel 63 AWR het volgende goed.
Goedkeuring
Ik keur goed dat de vrijstelling van toepassing is op het beheer van de bewonersgelden als dit beheer formeel is ondergebracht bij een afzonderlijke stichting.
Voorwaarde
Aan deze goedkeuring verbind ik de voorwaarde dat de feitelijke beheerswerkzaamheden door de (zorg)inrichting worden verricht.
Voorbeelden van prestaties die niet nauw samenhangen met het verzorgen en verplegen van in een inrichting opgenomen personen zijn:
- –
Het tegen vergoeding beleggen van het vermogen van in een inrichting opgenomen personen.
- –
De levering van medicijnen door een (zorg)inrichting aan patiënten die niet in de inrichting zijn opgenomen1..
Voetnoten
Zie bijv. HvJ EU, 13 maart 2014, C-366/12, de zaak Klinikum Dortmund, ECLI:NL:XX:2014:98.