PJ 2024/22
Na verwijzing door de Hoge Raad oordeelt het hof dat Booking.com hoofdzakelijk een reisagent is en geen IT-bedrijf zodat verplichte deelneming in thans PGB aanwezig is.
Hof Den Haag 30-01-2024, ECLI:NL:GHDHA:2024:73, m.nt. mrs. L.A.J. Kuijpers en R.C. Akkermans
- Instantie
Hof Den Haag
- Datum
30 januari 2024
- Magistraten
Mrs. J.M.T. van der Hoeven-Oud, M.D. Ruizeveld, A.C.M. Kuypers
- Zaaknummer
200.313.974/01
- Noot
mrs. L.A.J. Kuijpers en R.C. Akkermans
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS945566:1
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHDHA:2024:73, Uitspraak, Hof Den Haag, 30‑01‑2024
- Wetingang
Art. 4 Wet Bpf 2000; art. 7:425 BW
Essentie
Na verwijzing door de Hoge Raad oordeelt het hof dat Booking.com hoofdzakelijk een reisagent is en geen IT-bedrijf zodat verplichte deelneming in thans PGB aanwezig is.
Samenvatting
Sinds eind 2014 is tussen Booking.com en Bedrijfstakpensioenfonds voor de Reisbranche, inmiddels bedrijfstakpensioenfonds PGB (PGB), in geschil of (de bedrijfsactiviteiten van) Booking.com onder de werkingssfeer van de verplichtstelling voor de reisbranche valt. De discussie concentreert zich voornamelijk op de vraag of Booking.com hoofdzakelijk valt aan te merken als “(online) reisagent” als bedoeld in het verplichtstellingsbesluit. Op 9 april 2021 oordeelde de Hoge Raad dat Booking.com bemiddelt bij de totstandkoming ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.