Hof Arnhem-Leeuwarden, 17-06-2015, nr. 21-001799-14
ECLI:NL:GHARL:2015:4462
- Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
- Datum
17-06-2015
- Zaaknummer
21-001799-14
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:GHARL:2015:4462, Uitspraak, Hof Arnhem-Leeuwarden, 17‑06‑2015; (Hoger beroep)
Cassatie: ECLI:NL:HR:2017:382, Bekrachtiging/bevestiging
Uitspraak 17‑06‑2015
Inhoudsindicatie
Verdachte heeft zich tezamen en in vereniging met anderen gedurende een langere periode schuldig gemaakt aan oplichting van de gemeente Tiel, valsheid in geschrift en witwassen.
Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-001799-14
Uitspraak d.d.: 17 juni 2015
TEGENSPRAAK
Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Gelderland van 26 maart 2014 met parketnummer 05-901523-11 in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] (Turkije) op [1984],
wonende te [woonplaats].
Het hoger beroep
De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 3 juni 2015 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal (zie voor de inhoud van de vordering bijlage I). Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.
Het hof heeft voorts kennis genomen van hetgeen door verdachte en zijn raadsman,mr. P.J. Silvis, naar voren is gebracht.
Het vonnis waarvan beroep
Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen omdat het tot een andere strafoplegging komt en daarom opnieuw rechtdoen.
De tenlastelegging
Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
1:hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 december 2010 tot en met 03 augustus 2011 te Tiel en/of te Den Haag, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) opzettelijk gebruik heeft/hebben gemaakt van (een) vals(e) of vervalst(e) factu(u)r(en), zijnde die factu(u)r(en) (een) geschrift(en) dat/die bestemd is/zijn om tot bewijs van enig feit te dienen - als ware die/dat geschrift(en) (telkens) echt en onvervalst en bestaande die valsheid of vervalsing (telkens) hierin dat:- op deze factu(u)r(en) (een) cliënt(en) stond(en) welke reeds waren uitgeschreven (uit het reïntegratiesysteem) bij de Gemeente Tiel en/of- op deze factu(u)r(en) bedrijven en/of instellingen stonden welke reeds waren uitgeschreven bij de Kamer van Koophandel en/of- op/met deze factu(u)r(en) werkzaamheden vermeld stonden en/of gefactureerd werd(en), die nooit/niet verricht waren en/of nooit/niet verricht zouden gaan worden, en bestaande die gebruikmaking (telkens) hierin dat verdachte en/of zijn mededader(s) voormelde factu(u)r(en) (ter betaling) heeft/hebben ingediend bij (de administratie van) de gemeente Tiel en/of de gemeente Neerijnen en/of de gemeente West Maas en Waal en/of de gemeente Neder-Betuwe en/of waarna in veel gevallen (conform facturering) door de Gemeente Tiel en/of de gemeente Neerijnen en/of de gemeente West Maas en Waal en/of de gemeente Neder-Betuwe werd(en) uitbetaald;
2:hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 december 2010 tot en met 03 augustus 2011 te Tiel en/of te Den Haag, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk om zich of een ander wederrechtelijk te bevoordelen (telkens) door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, de Gemeente Tiel en/of de gemeente Neerijnen en/of de gemeente West Maas en Waal en/of de gemeente Neder-Betuwe (telkens) heeft bewogen tot de afgifte van een hoeveelheid geld, in elk geval enig goed, hierin bestaande dat verdachte tezamen met verdachtes mededader(s), althans alleen, (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - opzettelijk valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid:(nep)facturen (welke op naam stonden van niet (meer) bestaande bedrijven en/of reeds uitgeschreven cliënten en/of waarop werkzaamheden vermeld stonden en/of gefactureerd werden die nooit/niet verricht waren en/of nooit/niet verricht zouden gaan worden) heeft ingediend en/of in het systeem van de Gemeente Tiel heeft ingebracht en/of ter (uit)betaling heeft aangeboden en/of gefiatteerd waardoor de Gemeente Tiel en/of de gemeente Neerijnen en/of de gemeente West Maas en Waal en/of de gemeente Neder-Betuwe (telkens) werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
3:hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 december 2010 tot en met 03 augustus 2011 te Den Haag en/of te Tiel, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) (een) voorwerp(en) en/of geldbedrag(en), te weten één of meer geldbedrag(en) heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen en/of omgezet althans van een voorwerp, te weten een of meer geldbedrag(en), gebruik heeft gemaakt, terwijl hij (telkens) wist, dat dat/die voorwerp(en) en/of geldbedrag(en) - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig misdrijf;
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewezenverklaring
Door wettige bewijsmiddelen, waarbij de inhoud van elk bewijsmiddel -ook in onderdelen- slechts wordt gebezigd tot het bewijs van dat tenlastegelegde feit waarop het blijkens de inhoud kennelijk betrekking heeft, en waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, acht het hof wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 1, 2 en 3 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:
1: hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 december 2010 tot en met 03 augustus 2011 te Tiel en/of te Den Haag, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) opzettelijk gebruik heeft/hebben gemaakt van (een) vals(e) of vervalst(e) factu(u)r(en), zijnde die factu(u)r(en) (een) geschrift(en) dat/die bestemd is/zijn om tot bewijs van enig feit te dienen - als ware die/dat geschrift(en) (telkens) echt en onvervalst en bestaande die valsheid of vervalsing (telkens) hierin dat: - op deze factu(u)r(en) (een) cliënt(en) stond(en) welke reeds waren uitgeschreven (uit het reïntegratiesysteem) bij de Gemeente Tiel en/of - op deze factu(u)r(en) bedrijven en/of instellingen stonden welke reeds waren uitgeschreven bij de Kamer van Koophandel en/of - op/met deze factu(u)r(en) werkzaamheden vermeld stonden en/of gefactureerd werd(en), die nooit/niet verricht waren en/of nooit/niet verricht zouden gaan worden, en bestaande die gebruikmaking (telkens) hierin dat verdachte en/of zijn mededader(s) voormelde factu(u)r(en) (ter betaling) heeft/hebben ingediend bij (de administratie van) de gemeente Tiel en/of de gemeente Neerijnen en/of de gemeente West Maas en Waal en/of de gemeente Neder-Betuwe en/of waarna in veel gevallen (conform facturering) door de Gemeente Tiel en/of de gemeente Neerijnen en/of de gemeente West Maas en Waal en/of de gemeente Neder-Betuwe werd(en) uitbetaald;
2: hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 december 2010 tot en met 03 augustus 2011 te Tiel en/of te Den Haag, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk om zich of een ander wederrechtelijk te bevoordelen (telkens) door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, de gemeente Tiel en/of de gemeente Neerijnen en/of de gemeente West Maas en Waal en/of de gemeente Neder-Betuwe (telkens) heeft bewogen tot de afgifte van een hoeveelheid geld, in elk geval enig goed, hierin bestaande dat verdachte tezamen met verdachtes mededader(s), althans alleen, (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - opzettelijk valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid: (nep)facturen (welke op naam stonden van niet (meer) bestaande bedrijven en/of reeds uitgeschreven cliënten en/of waarop werkzaamheden vermeld stonden en/of gefactureerd werden die nooit/niet verricht waren en/of nooit/niet verricht zouden gaan worden) heeft ingediend en/of in het systeem van de gemeente Tiel heeft ingebracht en/of ter (uit)betaling heeft aangeboden en/of gefiatteerd waardoor de gemeente Tiel en/of de gemeente Neerijnen en/of de gemeente West Maas en Waal en/of de gemeente Neder-Betuwe (telkens) werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
3: hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 december 2010 tot en met 03 augustus 2011 te Den Haag en/of te Tiel, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) (een) voorwerp(en) en/of geldbedrag(en), te weten één of meer geldbedrag(en) heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen en/of omgezet althans van een voorwerp, te weten een of meer geldbedrag(en), gebruik heeft gemaakt, terwijl hij (telkens) wist, dat dat/die voorwerp(en) en/of geldbedrag(en) - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig misdrijf;
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het onder 1 bewezen verklaarde levert op:
medeplegen van opzettelijk gebruik maken van een vals geschrift, als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, als ware het echt en onvervalst,
meermalen gepleegd.
Het onder 2 bewezen verklaarde levert op:
medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd.
Het onder 3 bewezen verklaarde levert op:
medeplegen van witwassen, meermalen gepleegd.
Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar aangezien geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.
Oplegging van straf en/of maatregel
De hierna te melden strafoplegging is in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon van verdachte, zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft zich tezamen en in vereniging met een ander gedurende een langere periode
schuldig gemaakt aan oplichting, valsheid in geschrift en witwassen van een omvangrijk bedrag. Hij was eigenaar van [bedrijf 1] en [bedrijf 2] Medeverdachte[medeverdachte] was als werkcoach bij de gemeente Tiel verantwoordelijk voor de re-integratie van uitkeringsgerechtigden (ook wel klanten genoemd) en sloot in dit verband overeenkomsten met bedrijven die werkplaatsen, begeleiding en/of cursussen dienden te verzorgen voor deze klanten. Dit alles met het uiteindelijke doel om voor de uitkeringsgerechtigden een plek te vinden binnen het reguliere arbeidsproces. Verdachte heeft de valse facturen van zijn bedrijven ingediend bij de gemeente aan de hand van de gegevens die hij (middellijk of onmiddellijk) kreeg van [medeverdachte]. De prestaties als vermeld op de facturen en ingevoerd door [medeverdachte] in het digitale systeem van de gemeente Tiel zijn echter nooit door verdachtes bedrijven verricht of aangeboden. Op de facturen afkomstig van deze bedrijven stonden bijvoorbeeld namen genoemd van klanten die op dat moment helemaal geen uitkering genoten en/of al enige tijd niet meer woonachtig waren in één van de desbetreffende gemeenten. De gemeenten zijn door deze valsheden opgelicht en hebben aan deze bedrijven in totaal ruim € 290.000,- betaald. Van dit bedrag is een aanzienlijk deel bij verdachte terecht gekomen. Pas na een melding van de ING-bank is deze zaak aan het rollen gekomen. Als de bank geen melding had gedaan, is het maar de vraag of en wanneer deze fraude was opgemerkt. Verdachte is in ieder geval niet uit eigener beweging gestopt met deze strafbare gedragingen.
Verdachte heeft op een zeer intensieve en geraffineerde wijze bovenstaande delicten gepleegd, enkel om er financieel beter van te worden. Hij heeft zonder enige terughoudendheid facturen opgemaakt naar aanleiding van de informatie die hij ontving van [medeverdachte]. Door op dergelijke wijze te werk te gaan heeft hij het financiële verkeer en de gemeenten ernstig geschaad. Het hof rekent dit verdachte zwaar aan.
Ter afdoening van de strafbare feiten, zoals door verdachte gepleegd, acht het hof enkel
een forse gevangenisstraf van langere duur passend en geboden. Reeds gelet op het
benadelingsbedrag van ruim € 290.000,- is een voorwaardelijke gevangenisstraf met daarnaast een taakstraf, zoals door de verdediging bepleit, niet aan de orde.
Verdachte is met zijn bedrijf [bedrijf 1] nog steeds op de zakelijke markt actief. Daarnaast blijkt verdachte, gezien zijn uitlatingen ter terechtzitting van het hof, het normaal te vinden om steekpenningen te betalen en zodoende opdrachten voor zijn bedrijf binnen te halen. Verdachte zag er ook geen been in om aan de medeverdachte [medeverdachte], van wie hij meende dat zij bij de gemeente in dienst was, een cashback te betalen. Het hof is van oordeel dat het volstrekt onaanvaardbaar is dat aan een ambtenaar een cashback wordt betaald. Daarbij komt nog dat verdachte tussen de 50% en 70 % van het door hem ten onrechte ontvangen bedrag aan de medeverdachte [medeverdachte] heeft betaald. Daarnaast heeft verdachte verklaard dat hij de bedragen die hij aan mevrouw [medeverdachte] heeft (terug-)betaald niet in zijn boekhouding heeft verwerkt, hetgeen onontkoombaar inhoudt dat zijn boekhouding ook vals is opgemaakt.
Gelet op het bovenstaande en het feit dat verdachte daaruit blijkbaar niets heeft geleerd en hij nog steeds op de zakelijk markt actief is, zal het hof aan verdachte een hogere gevangenisstraf opleggen dan de rechtbank heeft gedaan, met een
voorwaardelijke strafdeel, teneinde verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw
(dergelijke) strafbare feiten te plegen. Hierin ligt voor het hof ook de beweegreden om aan het voorwaardelijk deel een proeftijd voor de duur van drie jaren te verbinden.
Het hof begrijpt dat een dergelijke straf consequenties heeft voor de bedrijfsvoering binnen het bedrijf van verdachte, maar gelet op bovenstaande feiten en de omstandigheden, kan het hof niet anders dan aan verdachte na te melden straf op te leggen.
De beoordeling van de civiele vorderingen, alsmede de gevorderde oplegging van de schadevergoedingsmaatregelen
In het strafgeding hebben zich respectievelijk als benadeelde partij gevoegd de gemeente Tiel, de gemeente West Maas en Waal, de gemeente Neder-Betuwe en de gemeente Neerijnen.
De gemeente Tiel heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 218.315,86. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep in zijn geheel toegewezen. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
De gemeente West Maas en Waal heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 30.116,52. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep in zijn geheel toegewezen. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
De gemeente Neder-Betuwe heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 22.239,91. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep in zijn geheel toegewezen. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
De gemeente Neerijnen heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 21.314,09. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep in zijn geheel toegewezen. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
Voorts is gesteld dat de gemeenten ieder afzonderlijk rechtstreeks schade hebben geleden als gevolg van voornoemde feiten en dus ook ieder afzonderlijk als benadeelde partij zijn aan te merken. Iedere gemeente had namelijk een eigen bankrekening via welke frauduleuze betalingen zijn verricht. Deze respectievelijke bankrekeningen werden weliswaar beheerd door alleen de gemeente Tiel, maar de frauduleus en dus onverschuldigd betaalde gelden vanaf die bankrekeningen behoorden uitsluitend toe aan de betreffende gemeente namens welke steeds werd uitgekeerd. Indien het hof de gemeenten hierin niet volgt en aldus de gemeenten West Maas en Waal, Neder-Betuwe en Neerijnen niet als benadeelde partij aanmerkt maar enkel de gemeente Tiel, dan vordert de gemeente Tiel subsidiair dat verdachte ter zake van het bewezenverklaarde wordt veroordeeld tot een bedrag van€ 291.986,38.
Namens de betrokken gemeenten is gevorderd dat alle voornoemde bedragen steeds worden
vermeerderd met de wettelijke rente.
Tot slot vordert alleen de gemeente Tiel vergoeding van proceskosten conform het
1iquidatietarief.
De advocaat-generaal heeft verzocht om de (primaire) vorderingen toe te wijzen, vermeerderd met de wettelijke rente en met veroordeling van verdachte in de proceskosten. Tevens heeft de advocaat-generaal verzocht om ter zake deze bedragen steeds de schadevergoedingsmaatregel ex artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen, met bevel dat bij gebreke van betaling en verhaal vervangende hechtenis wordt toegepast.
De verdediging heeft de vorderingen niet betwist.
Het hof is van oordeel dat de vorderingen door de verdediging, noch wat betreft het rechtstreeks verband tussen de geleden schade en het bewezenverklaarde feit, noch wat de hoogte betreft zijn betwist, zodat deze voor toewijzing gereed ligt. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vorderingen zullen worden toegewezen.
De schade in deze omvat het totale bedrag aan betaalde valse facturen minus de inmiddels door de verzekeraar vergoede facturen. Deze schade is (mede) een rechtstreeks gevolg van het - kort gezegd - bewezenverklaarde, frauduleuze handelen van verdachte. Ieder van de betrokken gemeenten heeft afzonderlijk schade geleden en niet alleen de gemeente Tiel. Een valse factuur werd immers - zoals door de gemeenten onbetwist gesteld - steeds voldaan met gelden van de gemeente aan wie de bewuste valse factuur was gericht dan wel op wiens cliënt de valse factuur betrekking had.
Aldus zal het hof verdachte hoofdelijk veroordelen tot betaling van:
- € 218.315,86 aan de gemeente Tiel;
- € 30.116,52 aan de gemeente West Maas en Waal;
- € 22.239,09 aan de gemeente Neder-Betuwe, en
- € 21.314,91 aan de gemeente Neder-Betuwe.
Deze bedragen dienen steeds te worden vermeerderd met de wettelijke rente vanaf1 augustus 2011. Het hof beschouwt deze datum als het moment waarop de verbintenis tot schadevergoeding opeisbaar is geworden en de schade geacht wordt te zijn geleden.
Zoals hiervoor overwogen zal de veroordeling tot betaling van de schade hoofdelijk zijn. De
verdachte is aldus niet meer gehouden tot vergoeding van schade indien en voor zover de
schade door (één van) zijn medeverdachten is voldaan. Daarbij geldt wel dat de medeverdachten onderling niet steeds aansprakelijk zijn voor dezelfde schade. Om bij de
executie van dit vonnis problemen ten aanzien van de hoofdelijkheid te voorkomen zal het hof evenals de rechtbank in onderstaand overzicht per gemeente weergeven tot welke medeverdachte en tot welke schade de hoofdelijkheid zich beperkt. Het zal aan verdachte zijn om - op de voet van artikel 6:43 van het burgerlijk Wetboek - per betaling aan te geven aan welk zaaksdossier en aan welke gemeente als crediteur die betaling moet worden toegerekend. Op deze wijze kan namelijk worden vastgesteld of een medeverdachte en, zo ja wie van de medeverdachten, door een betaling wordt bevrijd.
Schematische weergave:
Zaaksdossier | Gemeente Tiel | Gemeente West Maas en Waal | Gemeente Neerijnen | Gemeente Neder Betuwe | De hoofdelijkheid beperkt zich tot: |
[bedrijf 1] | 83.165,53 | 13.339,40 | 16.673,09 | 22.239,91 | [medeverdachte] |
[bedrijf 2] | 135.150,33 | 16.717,12 | 4.641,00 | - | [medeverdachte] |
Totaal | 218.315,86 | 30.116,52 | 21.314,09 | 22.239,91 |
Een redelijke uitleg van artikel 592a van het Wetboek van Strafvordering brengt wel mee dat bij de begroting van de vergoeding van de kosten van rechtsbijstand van een benadeelde partij dezelfde maatstaf wordt gehanteerd als in civiele procedures (vgl. HR 29 mei 2001, NJ 2002, 123).
Dat houdt in dat ter zake van de kosten als bedoeld in artikel 56 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) een vergoeding wordt toegekend op de voet van het in artikel 56 e.v. Rv bepaalde en dat eventuele verdere, aangetoonde kosten van rechtsbijstand met inachtneming van het bepaalde in artikel 57, zesde lid, Rv voor vergoeding in aanmerking kunnen komen.
Het hof zal in dit geval uitgaan van het liquidatietarief rechtbanken en hoven per1 november 2004, zoals vastgesteld in overleg tussen vertegenwoordigers van de rechterlijke macht en de Nederlandse Orde van Advocaten en met ingang van 1 september 2008 aangepast aan de Wet afschaffing procuraat en invoering elektronisch berichtenverkeer. Het hof stelt daarbij naar redelijkheid en billijkheid het indienen van het verzoek tot schadevergoeding gelijk aan een conclusie na comparitie of enquête (0,5 punt) en het bijwonen van de zitting bij de rechtbank en het hof gelijk aan het bijwonen van een enquête aan de eigen zijde (1 punt).
Het verzoek tot schadevergoeding ad € 291.986,38 is ingediend door de raadsman van de benadeelde partij(en). Het hof zal het verzoek, dat in appel enigszins is aangepast, waarderen op 0,5 punt van het tarief in appel voor beide instanties tezamen.
Het tarief is in casu tarief VI, waar ieder punt in eerste aanleg wordt gewaardeerd op€ 2.000,- en in appel wordt gewaardeerd op € 3.263,-, zodat de kosten van rechtsbijstand worden bepaald op € 6.894,50.
Nu de gemeente als overheidsorgaan de vordering met behulp van onder andere de ter terechtzitting aanwezige advocaat op eenvoudige wijze kan innen, is het hof van oordeel dat de oplegging van een schadevergoedingsmaatregel achterwege dient te blijven.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.
BESLISSING
Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 2, 3 en 1 ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 2, 3 en 1 bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 18 (achttien) maanden.
Bepaalt dat een gedeelte van de gevangenisstraf, groot 3 (drie) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van 3 (drie) jaren aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, of artikel 27a van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Vordering van de benadeelde partij Gemeente Neder-Betuwe
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij Gemeente Neder-Betuwe ter zake van het onder 2, 3 en 1 bewezen verklaarde tot het bedrag van € 22.239,91 (tweeëntwintigduizend tweehonderdnegenendertig euro en eenennegentig cent) ter zake van materiële schade en veroordeelt de verdachte die, evenals zijn mededaders, hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, met dien verstande dat indien en voor zover de een aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan, de een of meer anderen daarvan in zoverre zullen zijn bevrijd, om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan materiële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 1 augustus 2011 tot aan de dag der algehele voldoening.
Vordering van de benadeelde partij Gemeente Neerijnen
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij Gemeente Neerijnen ter zake van het onder 2, 3 en 1 bewezen verklaarde tot het bedrag van € 21.314,09 (eenentwintigduizend driehonderdveertien euro en negen cent) ter zake van materiële schade en veroordeelt de verdachte die, evenals zijn mededaders, hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, met dien verstande dat indien en voor zover de een aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan, de een of meer anderen daarvan in zoverre zullen zijn bevrijd, om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan materiële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 1 augustus 2011 tot aan de dag der algehele voldoening.
Vordering van de benadeelde partij Gemeente Tiel
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij Gemeente Tiel ter zake van het onder 1, 2 en 3 bewezen verklaarde tot het bedrag van € 218.315,86 (tweehonderdachttienduizend driehonderdvijftien euro en zesentachtig cent) ter zake van materiële schade en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan materiële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 1 augustus 2011 tot aan de dag der algehele voldoening.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op € 6.894,50 (zesduizend achthonderdvierennegentig euro en vijftig eurocent).
Vordering van de benadeelde partij Gemeente West Maas en Waal
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij Gemeente West Maas en Waal ter zake van het onder 2, 3 en 1 bewezen verklaarde tot het bedrag van € 30.116,52 (dertigduizend honderdzestien euro en tweeënvijftig cent) ter zake van materiële schade en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan materiële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 1 augustus 2011 tot aan de dag der algehele voldoening.
Aldus gewezen door
mr. R. de Groot, voorzitter,
mr. J.M.J. Denie en mr. P.L.M van Gorkom, raadsheren,
in tegenwoordigheid van B.J. Berendsen, griffier,
en op 17 juni 2015 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Proces-verbaal van het in dezelfde zaak voorgevallene ter openbare terechtzitting van het gerechtshof van 17 juni 2015.
Tegenwoordig:
mr. M. Barels, voorzitter,
mr. L.H.J. Vijlbrief-Smit, advocaat-generaal,
mr. W.C.S. Huijbers, griffier.
De voorzitter doet de zaak uitroepen.
De verdachte is niet in de zaal van de terechtzitting aanwezig.
De voorzitter spreekt het arrest uit.
Waarvan is opgemaakt dit proces-verbaal, dat door de voorzitter en de griffier is vastgesteld en ondertekend.