JWB 2002/371
Kinderontvoering; bewijslastverdeling
HR 18-10-2002, ECLI:NL:PHR:2002:AE5804
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
18 oktober 2002
- Zaaknummer
R02/021HR
- LJN
AE5804
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
Internationaal privaatrecht / Internationaal erkennings- en executierecht
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2002:AE5804, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 18‑10‑2002
ECLI:NL:PHR:2002:AE5804, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑10‑2002
- Wetingang
Essentie
Kinderontvoering; bewijslastverdeling
Samenvatting
Casus
De Centrale Autoriteit en de vader verzoeken de Rechtbank uitvoerbaar bij voorraad te bevelen dat de minderjarige kinderen vóór een door de Rechtbank te bepalen datum terugkeren, althans aan de vader worden afgegeven, indien de moeder niet wenst terug te keren naar Canada en dat de kosten van terugkeer van de kinderen en reiskosten van de vader in verband met de teruggeleidingsprocedure voor rekening van de moeder komen. Bij beschikking van 23 januari 2002 bepaalt de Rechtbank dat de kinderen vóór 15 februari 2002 in Canada dienen te zijn teruggekeerd of aan de vader te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.