NJB 2015/2113
Beschermingsbewind. Toezicht van de kantonrechter. Een bewindvoerder verzoekt machtiging tot het onderbrengen van het vermogen van de rechthebbende in een BV. HR: Het oordeel dat, wanneer de machtiging zou worden verleend, het onder beschermingsbewind gestelde vermogen in hoofdzaak aan het toezicht van de kantonrechter zou worden onttrokken, geeft geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting en is niet onbegrijpelijk
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
20 november 2015
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
15/02021
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:3334, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 20‑11‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:1712, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑09‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 30‑04‑2015
- Wetingang
(BW art. 1:441 lid 1 en 2 aanhef en onder a)
Essentie
Beschermingsbewind. Toezicht van de kantonrechter. Een bewindvoerder verzoekt machtiging tot het onderbrengen van het vermogen van de rechthebbende in een BV. HR: Het oordeel dat, wanneer de machtiging zou worden verleend, het onder beschermingsbewind gestelde vermogen in hoofdzaak aan het toezicht van de kantonrechter zou worden onttrokken, geeft geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting en is niet onbegrijpelijk
Partij(en)
De bewindvoerder q.q., adv. mr. N.C. van Steijn, vs. de rechthebbende, niet verschenen.
Uitspraak
Feiten en procesverloop
De rechthebbende heeft op tienjarige leeftijd ernstig hersenletsel opgelopen. In verband daarmee heeft hij een letselschade-uitkering van € 300.000 ontvangen. Over de goederen ...