Einde inhoudsopgave
Wet op de orgaandonatie
Artikel 1 [Begripsbepaling]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2022
- Bronpublicatie:
10-06-2020, Stb. 2020, 181 (uitgifte: 19-06-2020, kamerstukken: 34768)
- Inwerkingtreding
01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-07-2021, Stb. 2021, 344 (uitgifte: 14-07-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Justitie
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Algemeen
In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
- a.
Onze minister: Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;
- b.
orgaan: bestanddeel van het menselijk lichaam, met inbegrip van weefsels en cellen, met uitzondering van bloed en geslachtscellen;
- c.
donor: een persoon of stoffelijk overschot, door of ten aanzien van wie op grond van deze wet toestemming is verleend voor, dan wel bij wie geen bezwaar bestaat tegen het bij hem of daaruit verwijderen van een orgaan;
- d.
verwijderen: het verwijderen van een orgaan, anders dan ten behoeve van de donor zelf;
- e.
implantatie: het in- of aanbrengen van een orgaan van een donor in of aan het lichaam van een ander met het oog op diens geneeskundige behandeling;
- f.
ziekenhuis: een ziekenhuis dat of een verpleeginrichting dan wel een afdeling daarvan waar zorg of een andere dienst wordt verleend waarop aanspraak bestaat ingevolge artikel 3.1.1 van de Wet langdurige zorg of ingevolge een zorgverzekering als bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van de Zorgverzekeringswet;
- g.
orgaancentrum: een instelling als bedoeld in artikel 24.