Einde inhoudsopgave
Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden
Artikel 31 [Bewegingsvrijheid]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2019
- Bronpublicatie:
24-01-2018, Stb. 2018, 38 (uitgifte: 16-02-2018, kamerstukken: 32398)
- Inwerkingtreding
01-01-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-12-2018, Stb. 2018, 498 (uitgifte: 24-12-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Ordening en verzekering
Penitentiair recht / TBS-inrichtingen
1.
De bewegingsvrijheid van verpleegden binnen de instelling kan zowel per afdeling als per verpleegde verschillen.
2.
Een verpleegde heeft, behoudens in geval van toepassing van artikel 32, 34 of 49, eerste lid, onder a, het recht in totaal tenminste vier uren per dag samen met een of meer medeverpleegden door te brengen.
3.
De plaatsing op en overplaatsing naar een afdeling geschieden door het hoofd van de instelling met inachtneming van de volgende belangen:
- a.
de bescherming van de maatschappij tegen de gevaarlijkheid van de verpleegde voor de veiligheid van anderen dan de verpleegde of de algemene veiligheid van personen of goederen;
- b.
de handhaving van de orde of de veiligheid in de instelling;
- c.
de uitvoering van het verplegings- en behandelingsplan.
4.
Het hoofd van de instelling kan aan de plaatsing op een afdeling, voor zover deze een uitbreiding van de bewegingsvrijheid met zich brengt, voorwaarden verbinden. Deze voorwaarden kunnen voor een verpleegde de verplichting inhouden om aan bepaalde activiteiten deel te nemen of werkzaamheden of arbeid te verrichten.