Einde inhoudsopgave
Europees-mediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Libanon, anderzijds
Artikel 67
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2006
- Bronpublicatie:
17-06-2002, Trb. 2002, 143 (uitgifte: 09-08-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-04-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-04-2006, Trb. 2006, 85 (uitgifte: 19-04-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Marktintegratie
Douane (V)
Internationaal publiekrecht / Algemeen
1.
De partijen bevorderen de culturele samenwerking op gebieden van wederzijds belang, in een geest van respect voor elkaars cultuur. Zij stellen een duurzame dialoog in over cultuur. De samenwerking is met name gericht op het bevorderen van:
- —
de conservering en restauratie van historisch en cultureel erfgoed (monumenten en locaties van cultuurhistorische waarde, artefacten, zeldzame boeken en handschriften en dergelijke);
- —
de uitwisseling van kunsttentoonstellingen en kunstenaars;
- —
de opleiding van personen die in de cultuursector werkzaam zijn.
2.
De samenwerking op het gebied van de audiovisuele media is gericht op de bevordering van coproducties en opleidingsactiviteiten. De partijen streven ernaar de deelname van Libanon aan communautaire initiatieven in deze sector te stimuleren.
3.
De partijen zijn het erover eens dat cultuurprogramma's van de Gemeenschap en een of meer lidstaten, alsmede andere activiteiten van wederzijds belang, tot Libanon kunnen worden uitgebreid.
4.
De partijen stimuleren culturele samenwerking van commerciële aard, met name door middel van gezamenlijke projecten (voor productie, investering en marketing), opleiding en uitwisseling van informatie.
5.
Bij de vaststelling van samenwerkingsprojecten en -programma's en gezamenlijke activiteiten besteden de partijen bijzondere aandacht aan jongeren, zelfexpressie, monumentenzorg, verspreiding van cultuur, en communicatievaardigheden met gebruikmaking van schriftelijke en audiovisuele media.
6.
De samenwerking wordt geïmplementeerd als uiteengezet in artikel 42.