NJ 2022/73
Wet op het notarisambt (Wna). Procesrecht. Cassatieberoep mogelijk tegen herbenoeming waarnemer (art. 29 lid 3 Wna)? Periode waarneming (art. 29 lid 4 Wna).
HR 19-03-2021, ECLI:NL:HR:2021:423, m.nt. S. Perrick
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
19 maart 2021
- Magistraten
Mrs. G. Snijders, M.J. Kroeze, A.E.B. ter Heide
- Zaaknummer
19/05763
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Noot
S. Perrick
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS637117:1
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Notaris
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:423, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 19‑03‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:24, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑01‑2021
ECLI:NL:PHR:2020:785, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑09‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑12‑2019
- Wetingang
Essentie
Wet op het notarisambt (Wna). Procesrecht. Cassatieberoep mogelijk tegen herbenoeming waarnemer (art. 29 lid 3 Wna)? Periode waarneming (art. 29 lid 4 Wna).
Samenvatting
De kamer voor het notariaat en de voorzitter van de kamer voor het notariaat zijn geen bestuursorganen in de zin van de Awb, maar onafhankelijke, bij de wet ingestelde organen die (mede) met rechtspraak zijn belast als bedoeld in art. 1:1 lid 2, onder c, Awb. Tegen hun beslissingen staat dan ook geen bestuursrechtelijk beroep open, maar beroep bij de gewone rechter (het Gerechtshof Amsterdam ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.