RvdW 2023/927:Profijtontneming, w.v.v. uit kraken van geldautomaten. Redelijke termijn in hoger beroep. Kon hof volstaan met constatering dat redelijke termijn is overschreden en is 16-maandentermijn of 2-jaarstermijn van toepassing, nu betrokkene zich in verband met zaak in voorlopige hechtenis bevond? Hof heeft (uitgaande van maximale redelijke termijn van 2 jaren) geoordeeld dat, hoewel deze termijn met ruim 5 maanden is overschreden, in gegeven omstandigheden kan worden volstaan met enkele constatering van die overschrijding. Dit oordeel is niet zonder meer begrijpelijk omdat hof tot uitgangspunt had moeten nemen dat einduitspraak moest worden gedaan binnen 16 maanden nadat rechtsmiddel is ingesteld, nu betrokkene in verband met gelijktijdig behandelde strafzaak in voorlopige hechtenis verkeerde. HR doet zaak zelf af en vermindert (mede gelet op overschrijding van redelijke termijn in cassatie) opgelegde betalingsverplichting van € 53.326 met € 5.000. CAG merkt op dat voor ontnemingszaken in cassatie, waarin betrokkene zich in hoofdzaak in voorlopige hechtenis bevindt, standaard 2-jaarstermijn zou moeten gelden.