RvdW 2018/458
Consultatierecht. Geen voorkeursadvocaat voorafgaand aan politieverhoor. Eisen te stellen aan verweer vormverzuim als bedoeld in art. 359a Sv.
HR 27-03-2018, ECLI:NL:HR:2018:437
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
27 maart 2018
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, M.J. Borgers, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
16/04407
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:437, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 27‑03‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:88, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑02‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑01‑2017
- Wetingang
Art. 6 lid 3, aanhef en onder c EVRM; art. 38 lid 1 Sr; art. 359a Sv
Essentie
Consultatierecht. Geen voorkeursadvocaat voorafgaand aan politieverhoor. Eisen te stellen aan verweer vormverzuim als bedoeld in art. 359a Sv.
Ter terechtzitting in hoger beroep heeft de raadsman als verweer gevoerd dat in strijd met art. 6 lid 3 aanhef en onder c EVRM geen gehoor is gegeven aan het verzoek van de verdachte om rechtsbijstand van zijn voorkeursadvocaat voorafgaand aan het politieverhoor en dat de bij de politie afgelegde verklaring daarom van het bewijs dient te worden uitgesloten. Het hof heeft het verweer verworpen. In de overwegingen van het hof ligt als diens oordeel besloten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.