Einde inhoudsopgave
Besluit bijzondere prudentiële maatregelen, beleggerscompensatie en depositogarantie Wft
Artikel 7j [Verwerking persoonsgegevens]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2019
- Redactionele toelichting
De wijzigingsopdracht komt niet overeen met de te wijzigen tekst.
- Bronpublicatie:
11-12-2018, Stb. 2018, 490 (uitgifte: 21-12-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-12-2018, Stb. 2018, 491 (uitgifte: 21-12-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Ondernemingsrecht / Economische ordening
1.
Een entiteit in afwikkeling als bedoeld in artikel 3A:2 van de wet of de Nederlandsche Bank kan, indien noodzakelijk voor een effectieve afwikkeling, voor de identificatie van houders van kernkapitaalinstrumenten of eigendomsinstrumenten of van schuldeisers persoonsgegevens verwerken en maakt gebruik van het burgerservicenummer, bedoeld in artikel 1, onderdeel b, van de Wet algemene bepalingen burgerservicenummer, indien zij daarover beschikt.
2.
Een verzekeraar op wie het instrument van overgang van de onderneming, van de overbruggingsinstelling of van afsplitsing van activa of passiva is toegepast of ten aanzien van wie het faillissement is uitgesproken kan, indien noodzakelijk om een overdracht van rechten en verplichtingen krachtens verzekering mogelijk te maken, voor de identificatie van polishouders persoonsgegevens verwerken en maakt gebruik van het burgerservicenummer, bedoeld in artikel 1, onderdeel b, van de Wet algemene bepalingen burgerservicenummer, indien zij daarover beschikt.