Einde inhoudsopgave
Aanvullend Protocol bij de Verdragen van Genève van 12 augustus 1949 betreffende de bescherming van slachtoffers van internationale gewapende conflicten (Protocol I)
Artikel 77 Bescherming van kinderen
Geldend
Geldend vanaf 07-12-1978
- Bronpublicatie:
08-06-1977, Trb. 1980, 87 (uitgifte: 02-06-1980, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
07-12-1978
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-06-1977, Trb. 1980, 87 (uitgifte: 02-06-1980, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
1.
Kinderen dienen in het bijzonder te worden ontzien en beschermd tegen iedere vorm van aanranding van de eerbaarheid. De partijen bij het conflict dienen hun de zorg en hulp te geven die zij nodig hebben, hetzij wegens hun leeftijd of om welke andere reden ook.
2.
De partijen bij het conflict dienen alle praktisch uitvoerbare maatregelen te nemen opdat kinderen, die de leeftijd van vijftien jaar nog niet hebben bereikt, niet rechtstreeks aan de vijandelijkheden deelnemen en zij dienen zich in het bijzonder ervan te onthouden, hen bij hun krijgsmacht in dienst te nemen. De partijen bij het conflict moeten, wanneer zij personen onder de wapenen roepen die wel de leeftijd van vijftien, maar nog niet die van achttien jaar hebben bereikt, trachten voorrang aan de oudsten te geven.
3.
Wanneer in uitzonderlijke gevallen ondanks de bepalingen van het tweede lid kinderen die de leeftijd van vijftien jaar nog niet hebben bereikt, rechtstreeks aan de vijandelijkheden deelnemen en in handen van een tegenpartij vallen, blijven zij de voordelen genieten van de door dit artikel verleende bijzondere bescherming, ongeacht of zij krijgsgevangenen zijn of niet.
4.
Wanneer kinderen zijn gearresteerd, gevangen worden gehouden of zijn geïnterneerd om redenen, verband houdende met het gewapende conflict, dienen zij te worden ondergebracht in verblijven die zijn gescheiden van die van de volwassenen, behalve in gevallen waarin gezinnen in gezinsverband zijn gehuisvest als bepaald in artikel 75, vijfde lid.
5.
De doodstraf wegens een strafbaar feit, verband houdende met het gewapende conflict, mag niet worden voltrokken aan personen, die ten tijde dat het strafbare feit werd begaan de leeftijd van achttien jaar nog niet hadden bereikt.