RSV 2014/163
Wet woonlandbeginsel — verlaging met toepassing van deze wet van de Nederlandse nabestaandenuitkering voor Turkse weduwen die in Turkije wonen — strijdigheid met art. 6, lid 1 van Besluit 3/80
CRvB 21-03-2014, ECLI:NL:CRVB:2014:845
- Instantie
Centrale Raad van Beroep
- Datum
21 maart 2014
- Magistraten
Mrs. M.M. van der Kade, T. de Vries en E.E.V. Lenos
- Zaaknummer
13-5274 ANW
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid nabestaanden / Nabestaandenuitkering
- Brondocumenten
ECLI:NL:CRVB:2014:845, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 21‑03‑2014
- Wetingang
Art. 6, lid 1 Besluit 3/80 van de Associatieraad EEG-Turkije, PB 1983, C-110, p. 60 (Besluit 3/80); Art 17, lid 3 Algemene Nabestaandenwet (ANW)
Essentie
Wet woonlandbeginsel — verlaging met toepassing van deze wet van de Nederlandse nabestaandenuitkering voor Turkse weduwen die in Turkije wonen — strijdigheid met art. 6, lid 1 van Besluit 3/80
Samenvatting
Namens de SVB is gesteld dat de ANW een bodemvoorziening biedt op het niveau van het sociaal minimum voor nabestaanden , als andere vormen van inkomen ontbreken of onvoldoende zijn. Nu het bestaansminimum in Turkije lager is dan in Nederland, hebben betrokkenen jarenlang te veel ontvangen. Dit is met de Wet woonlandbeginsel voor de toekomst rechtgezet. Volgens de SVB komt dit woonlandbeginsel niet in strijd ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.