RvdW 2020/761
Art. 81 lid 1 RO. Schadevergoeding uit onrechtmatige daad. Voordeelverrekening.
HR 12-06-2020, ECLI:NL:HR:2020:1041
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
12 juni 2020
- Magistraten
Mrs. G. Snijders, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock
- Zaaknummer
19/00933
- Conclusie
A-G mr. B.J. Drijber
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1041, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 12‑06‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:27, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑01‑2020
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Schadevergoeding uit onrechtmatige daad. Voordeelverrekening.
Partij(en)
Gerard Willem Breuker, in zijn hoedanigheid van curator in het faillissement van [A] B.V., te Groningen, eiser tot cassatie, hierna: de curator, adv.: mr. B.I. Kraaipoel,
tegen
[verweerder], te Bruntinge, verweerder in cassatie, niet verschenen.
Conclusie
Conclusie A-G mr. B.J. Drijber:
Deze zaak betreft een schadestaatprocedure waarin in geschil is of is voldaan aan de voorwaarden voor toepassing van voordeelstoerekening (art. 6:100 BW).
1. Feiten
1.1
In cassatie kan van de volgende feiten worden uitgegaan.1.
1.2
[verweerder] is op 10 mei ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.