NJB 2014/1025
Huwelijkse voorwaarden. Motivering. HR: Uit de bestreden beschikking blijkt niet dat het hof het beroep van de man op art. 9 lid 3 en 4 van de huwelijkse voorwaarden in zijn beoordeling heeft betrokken. Voor zover het hof dat wel heeft gedaan, heeft het nagelaten zijn verwerping van het verweer te motiveren.
HR 09-05-2014, ECLI:NL:HR:2014:1090
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
9 mei 2014
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
13/04313
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Juridische beroepen / Rechter
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:1090, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 09‑05‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:184, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑03‑2014
- Wetingang
(RO art. 79 lid 1)
Essentie
Huwelijkse voorwaarden. Motivering. HR: Uit de bestreden beschikking blijkt niet dat het hof het beroep van de man op art. 9 lid 3 en 4 van de huwelijkse voorwaarden in zijn beoordeling heeft betrokken. Voor zover het hof dat wel heeft gedaan, heeft het nagelaten zijn verwerping van het verweer te motiveren.
Partij(en)
De man, adv. mr. C.G.A. van Stratum, vs. de vrouw, adv. mr. P.S. Kamminga
Uitspraak
Feiten en procesverloop
In 2002 hebben partijen een woonhuis in Frankrijk gekocht en in gemeenschappelijke eigendom verkregen. In 2003 zijn partijen gehuwd op huwelijkse voorwaarden (HV), waarin is opgenomen: ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.