Einde inhoudsopgave
Regeling op het specifiek cultuurbeleid
Artikel 3.55 Subsidieplafonds
Geldend
Geldend vanaf 29-11-2023
- Redactionele toelichting
Hoofdstuk 3, zoals dat luidde op 28-11-2023, blijft van toepassing op de subsidies verstrekt op grond van artikel 4a van de Wet op het specifiek cultuurbeleid voor de jaren 2021 tot en met 2024.
- Bronpublicatie:
20-11-2023, Stcrt. 2023, 32605 (uitgifte: 28-11-2023, regelingnummer: WJZ/42300229)
- Inwerkingtreding
29-11-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-11-2023, Stcrt. 2023, 32605 (uitgifte: 28-11-2023, regelingnummer: WJZ/42300229)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Voor subsidieverstrekking op grond van de artikelen 3.49 tot en met 3.54 zijn jaarlijks ten hoogste de volgende bedragen beschikbaar:
- a.
voor een instelling als bedoeld in artikel 3.49: € 6.083.800;
- b.
voor een instelling als bedoeld in artikel 3.50: € 1.173.100;
- c.
voor een instelling als bedoeld in artikel 3.51: € 3.694.700;
- d.
voor een instelling als bedoeld in artikel 3.52: € 1.770.400;
- e.
voor een instelling als bedoeld in artikel 3.53: € 2.008.900; en
- f.
voor een instelling als bedoeld in artikel 3.54: € 1.279.000.