NJB 2014/1685
Toepassing van art. 359a Sv vanwege perikelen rondom opsporingsambtenaar in de openbare dienst van een buitenlandse staat als bedoeld in art. 126j lid 4 Sv: ontoereikende motivering hof dat in casu sprake is van onherstelbare vormverzuimen die tot bewijsuitsluiting moeten leiden
HR 09-09-2014, ECLI:NL:HR:2014:2650
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
9 september 2014
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, B.C. de Savornin Lohman en Y. Buruma
- Zaaknummer
12/01427
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:2650, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 09‑09‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:1051, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑04‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑06‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 04‑04‑2013
- Wetingang
Essentie
Toepassing van art. 359a Sv vanwege perikelen rondom opsporingsambtenaar in de openbare dienst van een buitenlandse staat als bedoeld in art. 126j lid 4 Sv: ontoereikende motivering hof dat in casu sprake is van onherstelbare vormverzuimen die tot bewijsuitsluiting moeten leiden
Uitspraak
Inleiding:
OM-cassatie: het middel komt op tegen de vrijspraak door het hof van het onder 2 tenlastegelegde (aangaande handelingen betreffende een grote hoeveelheid pillen bevattende MDMA en/of een hoeveelheid cocaïne) en klaagt dat het oordeel van het hof dat aan de door het hof geconstateerde vormverzuimen het rechtsgevolg van bewijsuitsluiting dient te worden verbonden ontoereikend is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.