Toetsing van besluiten in het rechtspersonenrecht
Einde inhoudsopgave
Toetsing van besluiten in het rechtspersonenrecht (IVOR nr. 89) 2012/2.3:2.3 Het Wetboek van Koophandel
Toetsing van besluiten in het rechtspersonenrecht (IVOR nr. 89) 2012/2.3
2.3 Het Wetboek van Koophandel
Documentgegevens:
A.J.M. Klein Wassink, datum 14-05-2012
- Datum
14-05-2012
- Auteur
A.J.M. Klein Wassink
- JCDI
JCDI:ADS600794:1
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht (V)
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Voorschriften over de totstandkoming van besluiten ontbraken eveneens in het WvK. Voor regels en procedures over het nemen van besluiten werd aansluiting gezocht bij de parlementaire traditie. Dat verklaart de herkomst van veel van de - ook heden ten dage nog - gevolgde gewoonten en gebruiken in vergaderingen. Van Vree 1994, p. 18.
Hillsmann 1935, p. 1 — 7.
Belinfante 1929, p. 36 MvT 1910, Timmerman 2000 p. 110/111.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
In het in 1838 ingevoerde Wetboek van Koophandel was voor het eerst een systematische regeling van de naamloze vennootschap opgenomen. Deze regeling bestond uit 21 artikelen. De regeling voorzag in bepalingen over de oprichting van de nv, de Koninklijke Bewilliging die voor de oprichting van een nv vereist was, het kapitaal en de verdeling daarvan in aandelen, het bestuur evenals diens taken en bevoegdheden en het toezicht daarop door commissarissen, het stemrecht op de aandelen, de manier waarop het stemrecht kon worden uitgeoefend en ten slotte de ontbinding van de nv. Een met de huidige voorschriften te vergelijken algemene regeling over de nietigheid of vernietigbaarheid van besluiten van de algemene vergadering of andere organen van de vennootschap was niet in het WvK opgenomen.1 Noch kende het WvK een geschillenregeling of een regeling over het recht van enquête. De in die tijd geldende wettelijke regelingen voor andere rechtspersonen kenden evenmin voorschriften over deze onderwerpen.
Voor het ontbreken van bepalingen over de nietigheid of vernietigbaarheid van besluiten zijn verschillende verklaringen mogelijk. Hlilsmann verklaarde de afwezigheid van dergelijke bepalingen uit het feit dat het Romeinse recht, dat als een van de inspiratiebronnen voor het WvK had gediend, geen wettelijke regeling van dit onderwerp kende.2 In het Germaanse recht kwamen dergelijke bepalingen wel voor, al was dat voornamelijk het geval bij kerkrechtelijke en publiekrechtelijke corporaties en in mindere mate bij privaatrechtelijke samenwerkingsvormen. De door Hlilsmann gegeven uitleg speelt zeker een rol, maar is niet de enige verklaring voor het ontbreken van dit soort bepalingen in het WvK. In de tijd waarin het WvK tot stand kwam ging in de juridische dogmatiek de aandacht voornamelijk uit naar de verklaring voor het zelfstandige bestaan van een rechtspersoon naast een natuurlijke persoon. In het verlengde daarvan was er veel aandacht voor de vormgeving van het toezicht op de oprichting en op (de naleving van) de statuten van een vennootschap, zie hierover § 2 van dit hoofdstuk. Aan vraagstukken rond het functioneren van de rechtspersoon zoals besluitvorming en de nietigheid van besluiten als zich in de totstandkoming gebreken voordeden, kwam men niet toe.3