Einde inhoudsopgave
Burgerlijk Wetboek Boek 7
Artikel 252 [Voorstel tot wijziging van de huurprijs]
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2010
- Bronpublicatie:
23-12-2009, Stb. 2010, 28 (uitgifte: 02-02-2010, kamerstukken: 31903)
- Inwerkingtreding
01-04-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-03-2010, Stb. 2010, 133 (uitgifte: 30-03-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Huurrecht / Huurbeleid
Huurrecht / Huurprijzen
1.
Een voorstel tot wijziging van de huurprijs moet tenminste twee maanden voor de voorgestelde dag van ingang van de wijziging schriftelijk worden gedaan.
2.
Het in lid 1 bedoelde voorstel dient te vermelden:
- a.
de geldende huurprijs;
- b.
het percentage of het bedrag van de wijziging van de huurprijs;
- c.
de voorgestelde huurprijs;
- d.
de voorgestelde dag van ingang van de voorgestelde huurprijs;
- e.
de wijze waarop en het tijdvak waarbinnen de huurder, wanneer hij bezwaren heeft tegen het voorstel, daarvan kan doen blijken, en de gevolgen die deze onderafdeling verbindt aan het niet doen blijken van bezwaren.
3.
Voor het doen van een voorstel tot verlaging van de huurprijs dient een waardering van de kwaliteit van de woonruimte als bedoeld in artikel 10 lid 1 van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte te worden verstrekt.
4.
Indien een overeenkomst tot wijziging van de huurprijs tot stand komt naar aanleiding van een voorstel daartoe, dat niet voldoet aan lid 1 en lid 2 aanhef en onder b, d of e dan wel aan het in lid 3 bepaalde, blijft de voordien geldende huurprijs verschuldigd, tenzij blijkt dat degene tot wie het voorstel was gericht niet door het verzuim is benadeeld.