Einde inhoudsopgave
Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens
Artikel 17
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2024
- Bronpublicatie:
25-03-2024, Stb. 2024, 60 (uitgifte: 27-03-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-03-2024, Stb. 2024, 61 (uitgifte: 27-03-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met de Wet seksuele misdrijven (20-03-2024, Stb. 59).
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
Privacy / Bijzondere onderwerpen
1.
Justitiële gegevens worden voorzover dit noodzakelijk is voor de uitoefening van hun taken desgevraagd verstrekt aan:
- a.
de directeur van de stichting en de reclasseringsinstelling, bedoeld in artikel 1, onder b en c, van de Reclasseringsregeling 1995;
- b.
de reclasseringswerkers, bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Reclasseringsregeling 1995;
- c.
de medewerkers van de gecertificeerde instelling, bedoeld in artikel 1.1 van de Jeugdwet, die zijn belast met de uitvoering van de jeugdreclassering;
- d.
de directeur of ressortsdirecteur van de raad voor de kinderbescherming;
- e.
2.
De in het eerste lid bedoelde personen kunnen tevens kennis nemen van de justitiële gegevens betreffende seksuele misdrijven, bedoeld in artikel 4 van de wet.
3.
Justitiële gegevens worden voor zover dit nodig is voor de uitvoering van de Wet forensische zorg verstrekt aan zorgaanbieders die forensische zorg verlenen.