NJB 2020/1568:De cassatieprocedure en het gebruik in een ontnemingsprocedure voor de schatting van het door de betrokkene wederrechtelijk verkregen voordeel van door medeverdachten afgelegde verklaringen die zijn verkregen met schending van het recht op consultatiebijstand, art. 6 EVRM: deze omstandigheid kan niet voor het eerst in cassatie worden aangevoerd en beoordeeld. Daarnaast is in casu van belang dat het hof in de hoofdzaak al heeft geoordeeld over de vraag of het gebruik van de verklaringen verenigbaar is met artikel 6 EVRM, terwijl de rechter die over een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel moet oordelen in algemene zin is gebonden aan zo’n oordeel van de rechter in de hoofdzaak